Kerk & religie

De manier

Jesaja 48:22

19 October 2010 08:02Gewijzigd op 14 November 2020 12:11

„Maar de goddelozen hebben geen vrede, zegt de Heere.”
Niet alleen gelast God wat de inhoud van de prediking van zijn knechten zal zijn, maar ook houdt hij hun voor de wijze waarop zij zullen prediken: Zeg de rechtvaardige dat het hem wel zal gaan, roep de goddelozen toe dat het hen kwalijk zal gaan.

Zij die God in de bediening gesteld heeft, moeten nauw letten op wie zij bedreigen en wie zij vertroosten. Zij moeten het wee uitspreken over goddelozen en onboetvaardigen, maar tegelijkertijd Gods volk troosten. „Troost, troost Mijn volk”, zegt de Heere, „spreekt naar het hart van Jeruzalem.” De Heere zegt: „Zalig zijn die treuren, want zij zullen vertroost worden.” Paulus zegt tot Timotheüs: „Benaarstig u, om uzelven Gode beproefd voor te stellen, een arbeider die niet beschaamd wordt, die het Woord der waarheid recht snijdt.”

Dit recht snijden komt ook van pas in de verkondiging van de beloften en van de dreigementen, om eenieder van de toehoorders het zijne te geven. Het kostelijke van het snode te scheiden, is een zwaar werk. De Heere zegt tot Jeremia: „Zo gij het kostelijke van het snode uittrekt, zult gij als Mijn mond zijn.”

Henricus de Frein, 
predikant te Middelburg

(”De ongelukkige staat der godlozen”, 1722)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer