Opinie

Volgens Origenes schreef Paulus de Hebreeënbrief

Bronnen uit de Vroege Kerk bieden veel aanwijzingen dat Paulus de brief aan de Hebreeën schreef, meent prof. dr. Benno Zuiddam. Het beroep op de kerkvader Origenes voor de tegengestelde opvatting is niet terecht.

15 October 2010 18:18Gewijzigd op 14 November 2020 12:09

Met een beroep op Origenes trekt dr. H. R. van de Kamp, schrijver van een nieuw commentaar op Hebreeën, in RD 13-10 het auteurschap van Paulus in twijfel. „De kerk heeft globaal genomen vijftien eeuwen lang Paulus als de schrijver gezien. Vanaf Luther en Calvijn is die gedachte wat losgelaten, maar ook Origenes gaf rond de overgang van de derde naar de vierde eeuw al aan dat de auteur van de Hebreeënbrief niet bekend is. Dus toen was er ook al onduidelijkheid over.”

Van de Kamp is niet de eerste om zich voor deze twijfels op de kerkvader Origenes (ca. 185-254) te beroepen. De evangelicale nieuwtestamenticus F. F. Bruce en anderen deden dat in het verleden ook al. Dit beroep op Origenes is echter even onjuist als onwetenschappelijk.

Kerkhistorisch feit is dat de Hebreeënbrief overal in de Kerk waar zij aanvaard is, altijd als van apostolische oorsprong werd beschouwd en gewoonlijk van de hand van Paulus. In tegenstelling tot wat populairtheologische lectuur de lezer voorgeeft, is het bronnenmateriaal uit de Vroege Kerk dat de brief met de apostel Paulus in verband brengt, vrij overweldigend. Er zijn sterke aanwijzingen dat de brief reeds in het post-apostolisch tijdperk was opgenomen in het paulinisch corpus. Zelfs het bij de moderne tekstedities van Nestle-Aland zo populaire en oeroude Papyrus 47 rangschikt de Hebreeënbrief onder de geschriften van Paulus, na de Romeinenbrief. De meeste oude Griekse manuscripten (ook het Westen las oorspronkelijk een Griekse Bijbel) plaatsen Hebreeën na 2 Thessalonicensen en vóór de persoonlijke brieven van Paulus.

Het verschil in stijl met de andere brieven van Paulus is evenmin iets wat theologen in de 21e eeuw plotseling ontdekt hebben. Dit bezwaar is vanaf de tweede eeuw al genoegzaam weerlegd door mensen die echt verstand hadden van Grieks en de taal zelf spraken. De leermeester van Clemens van Alexandrië, Paetenus (zie Eusebius’ ”Historia Ecclesiastica” 3.11.14) stelde dat Paulus de brief oorspronkelijk in het Hebreeuws geschreven had en dat Lukas alles vertaalde in het Grieks. Al heel vroeg en aan de andere kant van het Romeinse Rijk was Clemens van Rome dezelfde opinie toegedaan.

In tegenstelling tot wat dr. Van de Kamp en andere hedendaagse Bijbelcommentaren ons willen laten geloven, meende ook Origenes van Alexandrië dat Paulus beschouwd moest worden als de auteur van de inhoud van de Hebreeënbrief. Via Eusebius (HE 6.25) weten we van zijn beroemde uitspraak dat God alleen weet wie de brief geschreven heeft. Wie de passage zelf naleest, ziet dat Origenes daarmee bedoelt dat de inhoud van Paulus is, maar dat hij niet met zekerheid durft te zeggen wie deze op papier heeft gezet. Ook stelt hij dat via Clemens van Rome hem het bericht heeft bereikt dat dit Lukas is geweest. Dwars door zijn werken gaat Origenes ervan uit dat Paulus de schrijver van de Hebreeënbrief was (bijvoorbeeld ”De Principiis” Pref. 1; 1.2.5; 1.27; 3.1.10; 4.1.13). Bovendien schrijft hij (”Epistula ad Africanum” 11.67-68) openlijk tegen hen die het paulinisch auteurschap verwerpen en kondigt hij zijn voornemen aan om „duidelijk aan te tonen dat de brief van Paulus is.”

Cruciaal in het debat is mijns inziens de waardering van de primaire bronnen. Als die de waarheid spreken, erkende men in het tijdperk direct na de apostelen Hebreeën als een vertaald werk van Paulus, zowel in Rome als in Alexandrië. Geen anonimiteitstheorie dus. In Noordwest-Afrika lijkt er een gebrek aan overlevering te zijn, wat zou kunnen samenhangen met het feit dat op een later tijdstip de brief in Rome een tijdje discutabel was. Dat is niet vreemd aangezien daar een sterke marcionitische partij was. Eusebius meldt dat er in Rome enige tijd twijfel was over de canonieke status van Hebreeën, maar er is bij hem geen twijfel dat de brief daarvoor en daarna als paulinisch aanvaard werd. Hebreeën is waarschijnlijk een vertaalde preek van Paulus die door Lukas de Kerk in is gestuurd als rondzendbrief.

Het wordt tijd dat wetenschappers stoppen met elkaar napraten en zelf de bronnen gaan lezen. Laten we geloof in de Schrift en respect voor de kerkelijke overlevering, van Origenes tot artikel 4 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis, bevorderen waar daar wetenschappelijke aanleiding toe is.

De auteur is presbyteriaans predikant in Australië en buitengewoon hoogleraar Nieuwe Testament, Grieks en kerkgeschiedenis aan de North-West University in Potchefstroom, Zuid-Afrika.

bennozuiddam.com/librarya.htm voor de Griekse tekst en de Engelse vertaling van de aanhalingen uit Origines.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer