Veel boeken lang verboden voor katholieken
Grote schrijvers als Hella Haase, Hugo Claus, W.F. Hermans en Simon Vestdijk zijn lange tijd verboden geweest voor het katholieke volksdeel van het land. Tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw beoordeelde de katholieke Informatiedienst Inzake Lectuur (Idil) een of meer boeken van hun hand als ongeschikt voor katholieke lezers.
De dienst baseerde zich op de boekenwet, die deel uitmaakte van het kerkelijk wetboek. In Idil zaten zowel geestelijken als leken, die op verzoek van katholieke uitgevers, boekhandelaren en bibliotheken vanaf 1930 alle boeken die in Nederland verschenen beoordeelden op zedelijkheid, religiositeit en complexiteit. Zo ontstond een lange lijst van verboden lectuur, aldus cultuurwetenschapper Cecile van Eijden-Andriessen, die deze week aan de Universiteit van Tilburg promoveert op een onderzoek naar de recensiedienst.
De dienst deelde lectuur in van ‘verboden’ tot ‘geschikt voor iedereen.’ Daartussen vielen boeken die de Idil weliswaar zeer ongeschikt vond, maar die eventueel door ‘zeer ervaren, rijpe en volwassen lezers’ wel gezien mochten worden. In die categorie viel Cider voor arme mensen van Hella Haase. „A-godsdienstig, humanistisch en merkwaardig”, aldus de recensenten.
Ronduit verboden waren onder meer Ik Jan Cremer (Jan Cremer), De tranen der Acacia’s (W.F. Hermans), Het land van herkomst (E. du Perron), Op afbetaling (Simon Vestdijk) en vrijwel alle boeken van Jan Wolkers. Ook tal van kinder- en jeugdboeken konden in de ogen van de Idil niet door de beugel. Dergelijke boeken waren in katholieke boekhandels dan ook niet te krijgen. De meeste katholieke gezinnen hielden zich ook aan de boekenlijst van de dienst.
De recensiedienst kreeg desondanks veel kritiek, stelt Van Eijden-Andriessen. Een vooraanstaande literatuurcriticus als Anton van Duinkerken, zelf katholiek, keerde zich er in 1949 al tegen, ondersteund door de katholieke pers. In protestante kringen werd het bestaan van de verboden lijst beschimpt en bespot. Hoewel de dienst de instructies voor recensies twee keer versoepelde, overleefde het instituut zichzelf toch. In 1970 werd in de Idil opgeheven.