Leerkracht
Wijsheid en kwaliteit zijn de twee meest wezenlijke kenmerken voor een christelijke leraar, aldus mr. E. F. Lagerwerf-Vergunst (RD 6-10). Ik zie beide begrippen als een synoniemen, of beter gezegd: het enige begrip is ondergeschikt aan het andere. Kwaliteit is namelijk vervat in wijsheid. „De vreze des Heeren is het beginsel van alle wijsheid” (Ps. 111). Maar wat betekent dit in de onderwijspraktijk?
Wijsheid is volgens het woordenboek de kunst om in alle levensomstandigheden juist te oordelen en te handelen. Wijsheid is dus niet alleen kennisoverdracht of uitbreiding van cognitie, maar een levenshouding. Leerkrachten behoren zich bewust te zijn van het eigen bekwaamheidsprofiel. Zelfkennis is essentieel om het talent van het kind te bereiken.
De ontwikkeling van wijsheid bij de leerling is afhankelijk van de persoonlijke leerstijl. Daarom is het belangrijk dat kinderen hun eigen talent vroegtijdig, in groep 5 al, leren kennen en beschrijven. Is de reguliere toetsafname niet een te smalle talentscan van het kind? Onderkennen we het denkpatroon van de leerling? Dan is het de kunst dat te bereiken en te vormen.
Juist dan is het mogelijk om het kinderhart te vormen met het getuigenis dat de christelijke leraar van God ontvangt, door heel dicht naast het kind te lopen, het te begrijpen, mee te leven, voor te leven. Zodat verstandelijke wijsheid door de pedagogische en didactische kwaliteit van de leerkracht in biddend opzien tot God gepaard gaat met de vreze des Heeren die het beginsel is van alle wijsheid.
P. Morren Kleine Fok 3 8321 XW Urk