„Mijn hart ligt bij de catechese”
BERGSCHENHOEK – Als de catechese ter sprake komt, wordt ds. W. Markus emotioneel. „We moeten niet doen alsof de levenskeuze van jongeren pas tijdens de belijdeniscatechese valt.” Onlangs stond de hervormde emeritus predikant uit Bergschenhoek 25 jaar in het ambt.
Eind vorige maand preekte ds. Markus in zijn eerste gemeente, Broek op Langedijk, waar hij op 29 september 1985 intrede deed. Het domineesgezin met kinderen en kleinkinderen zat opnieuw in de speciale domineesbank, die iets boven de andere banken uitsteekt. Hij preekte over 1 Korinthe 1:30 en 31. Ds. Markus: „Het heil is uit Hem. Het gaat niet om ons gezwoeg. Dat verlost van alle krampachtigheid.”
Wim Markus, op 14 april 1946 in Utrecht geboren, denkt met dankbaarheid terug aan de „geestelijk goede jaren” in de gereformeerde gemeente daar. In zijn Waddinxveense tijd ging het gezin over naar de Hervormde Kerk. Tijdens zijn leraarschap aan een middelbare school in Alphen aan den Rijn begon hij zijn studie theologie in Utrecht. In 1985 was hij beroepbaar. Het werd Broek op Langedijk.
Het dorp –toen ook wel het Staphorst van Noord-Holland genoemd– ligt in een onkerkelijke omgeving. „Het was een gewone hervormde gemeente met allerlei richtingen die een Bijbelgetrouwe prediking voorstond. De kerkleden hebben lang staande moeten blijven in een vrijzinnige omgeving.”
Ds. Markus herinnert zich een brief van een meisje dat op een zondag als vakantieganger binnenliep. „Hartelijk bedankt, het evangelie is voor mij opengegaan”, schreef ze. Hij denkt ook aan een oudere vrouw die zei: „Het is dus toch waar dat ik met al mijn rarigheid bij Christus schuilen mag.”
In Klundert, Noord-Brabant, waar hij in 1991 intrede deed, had hij veel met rooms-katholieken te maken. Hij had er geen behoefte aan om de mis als vervloekte afgoderij te benoemen, ook met het oog op de ex-katholieken in de kerk „die niet het gevoel hadden dat ze vroeger lid waren van een vervloekte kerk. Ze waren overgegaan naar de hervormde gemeente omdat ze daar antwoord kregen op hun vragen. Ze wilden weten hoe het goed kon komen tussen God en hen. Toen ik vertelde dat genade door Christus echt genade is die van boven komt, hoorden ze op. Ik sprak over positieve dingen en vond het niet nodig om de precieze leerverschillen na te gaan.”
In Bergschenhoek, „een gemeente met ruimte voor Gereformeerde Bonders, confessionelen en evangelischen” tussen Rotterdam en Den Haag, waar hij in 1996 kwam, proeft ds. Markus „de hete adem van de secularisatie.” Vooral de positie van de jongeren raakt hem. „Onze jongeren hier zijn vaak eenling-christen in hun omgeving.”
Toen jongeren uit zijn gemeente tegen hem zeiden dat ze ontevreden waren over het catechisatieboekje kwam hij tot de conclusie zelf ook „te cognitief” te zijn. Langzamerhand groeide de gedachte de catechese anders in te richten, om zo „meer ruimte te scheppen voor de beleving van het heil.” Zo is ds. Markus, die eerder meewerkte aan de catechesemethode ”Leer ons geloven”, de bedenker geworden van de methoden ”Follow Me” en ”Follow Me Next”.
Sinds zijn emeritaat, een jaar geleden, houdt hij zich in opdracht van de HGJB drie dagen per week bezig met het verder schrijven van deze catechesemethode. Op dit moment gebruiken honderd gemeenten ”Follow Me” en dertig ”Follow Me Next”.
Een kenmerk van de methode is dat de catechisanten eerst bij elkaar komen, om daarna in kleine groepjes met mentoren verder te praten. „De eerste twintig minuten van de catechisatie zijn een soort minikerkdienst met zingen, gebed, collecte, intro en info. Dat vindt plaats in de kerkzaal. Visualisering is heel belangrijk om in de leefwereld van de tieners te komen. Ik ervaar soms dat Gods Geest het hart van jongeren raakt. Laat er asjeblieft in de catechese ruimte zijn voor hun geloofsbeleving.”
Ds. Markus wordt emotioneel. „De vorst der duisternis beïnvloedt kinderen al vanaf hun vierde jaar. Velen zijn op hun zesde al bedorven. Laten we ook onder de catechese proberen bij het hart van jongeren te komen. Biddend verwachten dat hun hart opengaat, niet alleen bij de belijdeniscatechese. Alle catechese is belijdeniscatechese. De levenskeuze van jongeren valt tussen het twaalfde en het achttiende levensjaar. Die periode is zó belangrijk. Ik hoop dat jongeren op hun veertiende zeggen dat ze een volgeling van de Heere Jezus willen zijn. Waarom is dat te jong? Waarom zouden hun woorden onoprecht zijn?”