In hun werk proberen zij onder meer antwoord te vinden op de vraag waarom de arbeidsmarkt niet vanzelf ‘in evenwicht’ verkeert en er toch veel mensen zonder baan kunnen zitten, terwijl werkgevers ook banen in de aanbieding hebben (de search and matching-theorie). Daarnaast onderzochten zij ook de invloed van overheidsbeleid en de rol van andere factoren op de arbeidsmarkt.

Het DMP-model, vernoemd naar de onderzoekers, kan worden gebruikt voor een analyse van de werkloosheid en werkgelegenheid, en de manier waarop lonen en andere arbeidsvoorwaarden tot stand komen.

De in 1940 in New York geboren Diamond is al sinds de jaren zeventig bezig met het onderzoek naar de zogenoemde ‘search markets’. Diamond zocht naar de interactiemechanismen van ‘kopers’ (bijvoorbeeld werkgevers) en ‘aanbieders’ (bijvoorbeeld werkzoekenden). De theorie van Diamond kan ook op andere markten worden toegepast, bijvoorbeeld de woningmarkt. Maar Diamond spitste zijn onderzoek toe op de arbeidsmarkt en onderzocht onder meer de regulerende rol van de overheid op de arbeidsverhoudingen.

De nu 70-jarige Diamond werd door de Amerikaanse president Barack Obama eerder dit jaar voorgedragen voor een hoge positie bij de Federal Reserve, het stelsel van centrale banken. De aanstelling stuitte op verzet van een senator. Obama heeft Diamond afgelopen september opnieuw voor een functie bij de Fed voorgesteld.

Dale Thomas Mortensen, in 1939 geboren in de Amerikaanse staat Oregon, deed onderzoek naar de aard van de arbeidsmarkt en de theoretische wrijving die kan ontstaan tussen werknemers en werkgevers. Mortensen doceert al sinds 1965 aan de Northwestern University in Illinois.

Het werk van de bijna tien jaar jongere Christopher Pissarides (1948) bouwde voort op het onderzoek van Mortensen en Diamond en draagt eveneens bij aan de ‘search and matching’-theorie. De op Cyprus geboren econoom publiceerde in 1994 samen met Mortensen een invloedrijk artikel waarin hun werk werd samengebracht. Pissarides studeerde in Groot-Brittannië en geeft sinds 1976 les aan de London School of Economics.