„Met Nobelprijs eindelijk erkenning voor ivf”
NIJMEGEN (ANP) – De Nobelprijs voor de Geneeskunde gaat dit jaar naar de Britse wetenschapper Robert G. Edwards (1925), de grondlegger van de reageerbuisbevruchting (ivf). Met deze belangrijke prijs is er erkenning voor het hele vakgebied, vindt hoogleraar voortplantingsgeneeskunde Jan Kremer namens de vereniging van gynaecologen NVOG en verbonden aan het UMC St Radboud in Nijmegen. Drie vragen aan Kremer.
Hoe belangrijk is het dat Robert Edwards de Nobelprijs voor de Geneeskunde heeft gewonnen?
„Eindelijk gerechtigheid, zou ik het willen noemen. Edwards is de geestelijk vader van ivf en heeft spectaculair werk verricht. Zeker toen hij begon was ivf nog een controversieel onderwerp. Er is al eerder een poging geweest om Edwards de Nobelprijs te laten winnen, het is heel mooi dat hij dit op zijn 85e nog mag meemaken. Hij is een zeer goed wetenschapper.”
Is ivf inmiddels niet meer controversieel?
„De eerste reageerbuisbaby was Louise Joy Brown op 25 juli 1978. Wereldwijd zijn er nu meer dan 4 miljoen kinderen geboren door middel van ivf. In Nederland vinden ongeveer 16.000 ivf-behandelingen per jaar plaats. Eén op de veertig baby’s is geboren na een reageerbuisbevruchting en dat aantal groeit al jaren.”
Kan deze toekenning nog effecten hebben voor de acceptatie van ivf?
„Het is met name mooi voor Robert Edwards en ook een erkenning voor het hele vakgebied, maar is denk niet dat er veel maatschappelijk effect zal zijn. Overigens staat in het nieuwe regeerakkoord dat alleen de eerste ivf-behandeling nog vergoed zal worden. Deze prijs laat wel weer het belang van ivf zien.”