Kerk & religie

Spoken bestaan niet

„Spoken bestaan niet!” Nog hoor ik de stem van mijn moeder. In mijn prille kinderjaren, nog niet zo lang de leeskunst machtig, kreeg ik weekblad De Spiegel te pakken. Met daarin een verhaal over de bossen op de Veluwe. Als ik me goed herinner over het Solse Gat, witte wieven, spoken, kerk- en kloosterklokken die ’s nachts om twaalf uur bij een bijzondere maanstand gingen luiden. Over een roofzuchtige herder die een nietsvermoedende reiziger aan het einde van zijn levensreis bracht. Over hoefijzers en vleermuizen. En meer zulke verhalen.

J. Mastenbroek
27 September 2010 10:55Gewijzigd op 14 November 2020 11:54
Foto RD
Foto RD

Spoken bestaan niet. Maar zouden er oude, Engelse of Schotse kastelen of landhuizen bestaan waaraan geen spookverhaal verbonden is? Bijgeloof – we vinden het bij de meest primitieve volken in donkere Afrikaanse uithoeken tot de hoogst geciviliseerde westerling, die een mascotte in de auto hangt. Soms ontbreekt stoel 13 in een airbus. Woningen met huisnummer 13 staan soms opvallend lang te koop. Het heeft mij er niet van weerhouden om een kwart­eeuw terug een pand te betrekken dat als nummer 13 staat geregistreerd. En dat we in die 25 jaar er 15 meemaakten vol ingrepen als een nieuw dak, nieuwe fundering en bijna alles wat daartussenin zit, het heeft niets met dat huisnummer van doen. Ook niet toen regelmatig bij forse regen het water langs vier etages gutste, alle loodgietershandelingen ten spijt.

Een regionale krant uit 1908 schreef over een „bezoek van een bovennatuurlijk wezen.” Dat zag eruit als „een geit met wolfspoten, bliksemende ogen en een staart, waarvan de lengte niet te meten is. Dit dier bezoekt ’s avonds en ’s morgens een bepaald gedeelte van Dussen en vertoeft het liefst op De Baan. Dat menigeen de schrik om het hart slaat, wanneer hij die weg passeren moet en liefst niet zonder behoorlijke geleide of ongewapend van huis gaat, is licht te begrijpen.” De krant laat erop volgen: „Wij geloven dat, wanneer onze dorpsbewoners wat meer trachten naar verstandelijke ontwikkeling, de heksen geheel naar het rijk der verbeelding verbannen worden.”

De Bijbel spreekt over de waarzegster te Endor, Simon de tovenaar en de staven van de Egyptische tovenaars. De discipelen zagen de op het water wandelende Jezus aan voor een spooksel of geestverschijning. Ds. Jacobus Koelman vertaalde een Engels werkje, getiteld ”Den duyvel van Tedworth, Ofte een Historie van Spookery, in Engeland voorgevallen”. En de Vijf Walcherse Artikelen nemen stelling tegen de opvattingen van onder anderen de predikant Balthasar Bekker (1634-1698), bekend als „de bestrijder van het bijgeloof”, auteur van ”De betoverde wereld”.

Bekker was een foeilelijke man, zelfs afzichtelijk. Toegegeven: hij had zichzelf ook niet gemaakt. Volksdichter Pieter Langendijk rijmde over hem:

„Wie Bekkers wezen ziet, bestaand’ in neus en oren, / Begrijpt dat hij tot schrik der spoken is geboren. / Had Balthasar geleefd in ’t kluis van Sint Anthonie, / Daar kwam geen spook omtrent, uit schrik van zulk een tronie.”

Wie zijn portret bekijkt, geeft Langendijk gelijk!

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer