„In Rijssen woedt een stille oorlog”
RIJSSEN – De strijd tussen een vanouds orthodox-christelijk bolwerk en de islam. Dat is het grondthema van de documentaire ”Rijssens stille oorlog”, die zaterdagmiddag in première gaat op het Film Festival in Utrecht en die op 7 oktober in Rijssen wordt vertoond. „De kern van de islam is nooit te vereenzelvigen met het christendom.”
In 2008 maakte Emile van Rouveroy van Nieuwaal een documentaire over de verwevenheid van geloof en politiek in Staphorst. In ”Rijssens stille oorlog” komen vier moslims en vier reformatorische christenen aan het woord die min of meer langs elkaar heen leven. Van integratie van beide groepen is geen sprake, zo schetst de film. Om zicht te krijgen op de reformatorische gemeenschap zegt de filmmaker uitvoerig met diverse predikanten –binnen en buiten Rijssen– te hebben gesproken. „Voor de camera schrokken ze echter terug.”
De Turkse huismoeder Fatma Özturk toont zich in de documentaire gefrustreerd. „Door de Rijssenaren word ik nog steeds als allochtoon behandeld en gezien. De enige manier om erbij te horen is afstand doen van mijn geloof. De islam wordt als bedreiging gezien. Er is een stille oorlog gaande.”
De hersteld hervormde Wieger Smeijers van Rijssen Boekenhuis is kort over de islam. „Het is triest dat de moslims een dwaalleer aanhangen. De mensen zelf zijn niet verkeerd, maar hun leer.”
Geboren Staphorster en bij de laatstgehouden verkiezingen kandidaat voor de SGP in de Tweede Kamer Roelof Bisschop ontmoette zijn vrouw in Rijssen. Hij benadrukt het wezenlijke verschil tussen islam en christendom. „Ik geloof niet in compromissen. Er is strijd tussen Allah en Jezus, die in feite al is gewonnen door Jezus Christus. Wij wachten op Zijn wederkomst. Zolang als die uitblijft, gaat de strijd nog door.”
U geeft geen evenwichtig beeld van orthodoxe christenen.
„Ik maak een bescheiden film. Ik kan niet 16 miljoen mensen bevragen. Een filmmaker is een creatief mens, geen journalist. Ik vind dit een storm in een glas water. Ik zoek ook niet de extremen op, zoals gisteren in dagblad Trouw stond. Dat heeft de journalist ervan gemaakt. Ik ga me daar ook niet tegen verweren.”
Het beeld dat in de documentaire over Rijsen wordt neergezet, ervaren velen nu al als negatief. U geeft toe dat de werkelijkheid complexer is. Is dat eerlijk?
„Ik heb natuurlijk een bepaalde bril op. Ik kan niet buiten mijn eigen persoon treden. Niemand kan pretenderen geheel objectief te zijn. Als bepaalde mensen niet voor de camera willen, is dat hun goed recht, maar dan houdt het voor mij op.”
Uit de film komt het beeld naar voren dat bevindelijk gereformeerden geen contact willen met moslims. Er zijn genoeg voorbeelden dat dit wel zo is.
„In Rijssen heb ik dat nooit gezien. Predikanten hebben zich bijvoorbeeld na een uitnodiging van de imam nooit in moskeeën laten zien.”
Oud-burgemeester Koelewijn vindt de titel van de film kant noch wal raken.
„Een burgemeester moet de schapen uit zijn gemeenschap beschermen, dat begrijp ik wel. Elke reuring gaan ze liever uit de weg. Koelewijn is bestuurder, geen filmmaker. Aanvankelijk had ik een heel andere titel in gedachten, maar die ervaarden degenen die meewerkten aan de documentaire als blasfemisch. Daarom hebben we gekozen voor de uitspraak over een stille oorlog waarover Fatma spreekt.”
In Trouw spreekt u over religieuze terreur binnen de orthodox- christelijke gemeenschap. Dat gaat ver.
„Dat woord heb ik niet gebruikt. Ik heb gesproken over religieuze stellingname. Mensen volgen de leidraad die de Bijbel hun aanreikt. Deuren van mensen die ik wilde spreken, bleven vaak gesloten en daarmee bevestigden zij ongewild het beeld dat over die gemeenschap bestaat. Jammer.”
U zou bij het maken van de documentaire hoe dan ook voorbeelden willen zien van de veronderstelling dat christendom en islam te verenigen zijn, terwijl ze dat niet zijn.
„Dat wil ik helemaal niet aantonen. De twee religies zijn juist onverenigbaar met elkaar. Maar dat wil nog niet zeggen dat hun aanhangers niet met elkaar zouden kunnen samenleven. Waarom zou ik met mijn linkse achtergrond niet met iemand aan tafel willen zitten met orthodox-christelijke opvattingen?
Ik snap de ophef over de documentaire niet. Alsof ik mensen aan het kruis wil nagelen. Critici moeten eerst de film maar eens bekijken. Ik ga ook geen preek beoordelen die ik niet heb gehoord.”