Geen tbs voor ‘Bijenkorfmoeder’
AMSTERDAM (ANP) – De vrouw die in oktober 2007 in de Bijenkorf in Amsterdam haar kindje van vierhoog naar beneden gooide, heeft geen tbs gekregen van het gerechtshof in Amsterdam. Het hof maakte vrijdag bekend dat de vrouw niet behandeld hoeft te worden en dat zij is ontslagen van alle rechtsvervolging.
Ten tijde van het incident in het warenhuis was de moeder geheel ontoerekeningsvatbaar, aldus het hof. Ze leed aan een eenmalige paranoïde psychose. De vrouw was volledig in de greep van waandenkbeelden en stond los van de realiteit. Het hof heeft de conclusie van het Pieter Baan Centrum (PBC) overgenomen dat bij de vrouw geen geestelijke stoornis is vastgesteld.
Het Openbaar Ministerie (OM) eiste twee weken geleden dat de tbs-maatregel aan de vrouw zou worden opgelegd, conform het vonnis van de rechtbank.
In totaal zes gedragsdeskundigen hebben zich over de Bijenkorfcasus gebogen. De eerste vier kwamen tot dermate uiteenlopende conclusies dat het hof zich eerder dit jaar, op aangeven van het OM, genoodzaakt zag de 26-jarige vrouw ter observatie naar het PBC te sturen, om uit de impasse te geraken. Twee weken geleden noemde het OM het PBC-onderzoek „gemankeerd”, onder meer doordat de verdachte erop gebrand zou zijn geweest onder de tbs-maatregel uit te komen. Het hof kwalificeerde het PBC-onderzoek juist als „transparant en overtuigend”.
Onder invloed van psychotische denkbeelden ging de vrouw op de bewuste dag naar de Bijenkorf, zette haar anderhalf jaar oude dochtertje op de balustrade van de vierde verdieping, om haar vervolgens te midden van het winkelend publiek naar beneden te gooien, met fataal gevolg. Enkele seconden later sprong de vrouw het kind achterna, in een poging zichzelf het leven te benemen. Zij raakte ernstig gewond en bleef enige tijd in coma. Na ontslag uit het ziekenhuis werd zij in voorarrest genomen. Het hof heeft dit voorarrest vrijdag, bijna drie jaar na dato, met onmiddellijke ingang opgeheven.
De advocate van de vrouw, Nicole Cuvelier, sprak vrijdag van een „zeer verheugende en terechte” uitspraak van het hof.