Kerk & religie

Deugdzaam

Lukas 18:10

17 September 2010 09:28Gewijzigd op 14 November 2020 11:48

„Twee mensen gingen op in den tempel om te bidden; de een was een farizeeër en de ander een tollenaar.”

Waarvoor dankt de farizeeër eigenlijk? Is het voor vergeving van zijn zonden? Is het voor al Gods weldaden die hij ontvangen had? Of is het omdat hij zo’n grote heilige is? Hij bidt niet, maar hij prijst zichzelf. Hij roemt zowel op zijn ingebeelde deugdzaamheid als op zijn gewaande godsdienst. Hij meent dat God en de mensen hem over zijn deugd moeten prijzen.

Hij bidt: Ik dank U, dat ik niet ben gelijk andere mensen. Ik ben geen rover, geen onrechtvaardige, geen overspeler. Ik sta niet schuldig aan zonden tegen Gods Wet, want tegen die geboden in de gedachten zondigen, hielden de farizeeërs voor geen zonden. Dat blijkt uit hun wet. Boven dit alles bidt hij: Ik dank u, dat ik niet ben gelijk deze tollenaar, naast mij in de tempel.

Hij zag hem zeker voor een groot zondaar aan en voor een overtreder van alle tien geboden, van beide tafels van de wet. Maar hij, hij is zo deugdzaam, zo eerlijk, zo rein en zuiver. Al de geboden van de wet houdt hij. Hij is naast zijn deugdzaamheid ook nog zo godsdienstig. Hij vast tweemaal per week. Hij deed dus meer dan de wet hem gebood.

Johannes Barueth,
predikant te Dordrecht

(”De farizeeër en de 
tollenaar”, 1752)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer