Geref. Gemeenten beginnen aan Synode 2010
UTRECHT – „Als we zien op het aantal vacante gemeenten, en als we letten op de gemiddelde leeftijd van het predikantenkorps, moeten we vaststellen dat de nood hoog is. Dat moet ons een blijvende zorg zijn.”
Dat zei ouderling J. H. Mauritz woendag op de eerste zittingsdag van de generale synode 2010 van de Gereformeerde Gemeenten. Tijdens de bespreking van het rapport van het curatorium van de Theologische School vroeg Mauritz aandacht voor het predikantentekort. „We mogen dat niet gewoon gaan vinden.”
Het curatorium deed een voorstel om onderscheid te maken tussen drie soorten docenten: vaste docenten (ds. A. Moerkerken, ds. G. J. van Aalst en ds. L. Blok), vakdocenten (ds. P. Mulder, kerkgeschiedenis; ds. W. Silfhout, kerkrecht; en ds. D. de Wit, exegese) en enkele gastdocenten.
Ds. A. Moerkerken, rector van de opleiding, noemde het gewenst dat er meer docenten aan de opleiding meewerken dan alleen de drie vaste docenten. „Het is in deze tijd niet meer doenlijk om 25 theologische disciplines te laten geven door drie docenten. Niemand kan acht theologische vakken doceren”.
Gelet op de leeftijd van de meeste docenten vroeg ds. C. A. van Dieren aandacht voor mogelijke verjonging van het docentenkorps. Ook vroeg hij docenten te benoemen die een universitaire theologische opleiding hebben gehad. De voorzitter van het curatorium, ds. Van Eckeveld, gaf te kennen dat daar wel degelijk oog voor is.
Uiteindelijk kon de vergadering zich vinden in het onderscheid tussen vakdocenten en vaste docenten. Op een volgende synodezitting zal aan de vergadering een op dit punt gewijzigd mandaat worden voorgelegd ter goedkeuring.
Hoewel de generale synode in 2007 kerkelijk gebruik van de Herziene Statenvertaling reeds had afgewezen, vroegen meerdere afgevaardigden opnieuw aan de synode om uit te spreken dat de kerk onverkort vasthoudt aan de Statenvertaling. „Het is de zorg van de vergadering dat de Herziene Statenvertaling polariserend gaat werken en ook schoolbesturen in een moeilijke positie kan brengen”, zo vatte het moderamen samen.
Op een vraag van de Stuurgroep Nationale Synode om een delegatie te sturen naar de Nationale Synode in december in Dordrecht besloot de synode daar niet aan deel te nemen. Ds. Van Eckeveld stelde dat dit initiatief kerkrechtelijk gezien geen synode betreft, maar meer het karakter heeft van een platform of een ontmoetingsplaats. Ds. G. Clements zei het teleurstellend te vinden dat de stuurgroep van de Nationale Synode in zijn tekst voor het Credo niet uitgegaan was van wezenlijke noties uit de geloofsbelijdenis van de Vroege Kerk.
De vergadering ging akkoord met een voorstel van het deputaatschap vertegenwoordiging en voorlichting om een notulist te benoemen. Deze valt onder verantwoordelijkheid van het moderamen en stelt een concept van de Acta op. Het moderamen blijft eindverantwoordelijk voor de notulen. Met directe ingang benoemde de vergadering ouderling J. Bonhof (Lelystad) tot notulist.
Ds. M. Nekwek bracht namens de Gereja Jemaat Protestan di Indonesia de groeten over. Ds. J. Ebeke deed dat namens de Nigeria Reformed Church.
Namens de Netherlands Reformed Congregations in Noord-Amerika was ds. A. H. Verhoef op de synode aanwezig. Hij wees op de zorgen in het onderwijs en in het kerkelijk leven, hier en daar. „Het is geestelijk zo stil. Het geoefende volk valt meer en meer weg. De Heere heeft ons niet verlaten, maar de zorgen zijn wel groot. Dat de Heere maar doorbrekend werk zou willen schenken, zowel in Amerika als in Nederland.”
In de ochtendvergadering koos de synode woensdag het moderamen. Ds. J. J. van Eckeveld werd preses, ds. P. Mulder assessor preses. Ds. W. Silfhout werd scriba primus, ouderling J. T. van den Berg scriba secundus, ds. M. Golverdingen scriba tertius. De ouderlingen S. Boogaard en K. H. de Heer werden respectievelijk quaestor primus en quaestor secundus (eerste en tweede penningmeester).
De synode komt ook donderdag bijeen. Vervolgzittingen worden gehouden op woensdag 13 en donderdag 14 oktober. Ook vergadert de synode waarschijnlijk nog twee dagen eind januari.