Houwing (73) is een ex-koopvaardijkapitein die als vrijwillig medewerker van Stichting De Ondergrondse Kerk (SDOK) de uitgave van miljoenen stripboekjes in veertig talen over het leven van Jezus verzorgt. Houwing onderging een krachtige bekering na een ruig leven in de zeevaart, werkte als evangelist in Antwerpen onder de zeelieden en smokkelde in die tijd tienduizenden Bijbels en Nieuwe Testamenten naar Rusland. Momenteel woont hij in Canada (bij Toronto) en reist de hele wereld rond om evangelisatielectuur te helpen verspreiden. Via Mission India is hij ook actief in India.

In 1989 gaf een Engelse predikant Houwing twee Russische exemplaren van ”Hij leefde onder ons”. Het betrof een hervertelling van de evangeliën, in dialoogvorm, met tekeningen die het karakter hebben van schilderijtjes. Hij startte de vermenigvuldiging van het boekje, dat inmiddels een oplage kent van 36 miljoen in veertig talen. Houwing maakt daarbij gebruik van het netwerk van SDOK. Ook in Nederland zijn honderdduizenden exemplaren verspreid.

Het boekje is bedoeld als een eerste kennismaking met de Persoon van de Heere Jezus. Het is met name geschikt in India, waar bijvoorbeeld 80 procent van de vrouwen analfabeet is. Aan het eind van het verhaal zijn verschillende Bijbelgedeelten opgenomen voor degenen die kunnen lezen. India is duidelijk het belangrijkste afzetgebied van het boekje. Van de 36 miljoen exemplaren wereldwijd werden er 27 miljoen verspreid in India, in zeventien lokale talen.

Mission India

In 1984 werd Mission India opgericht. Het motto was ontleend aan Jesaja 61, waar gesproken wordt over de uitroeping van het genadejaar des Heeren. Het hoofdkantoor staat in Grand Rapids (VS), in India is het centrum gevestigd in Hyderabad, van waaruit de ruim 300 stafmedewerkers in India worden begeleid.

Mission India werkt volgens drie speerpunten. In de eerste plaats is er de opleiding tot gemeentestichter. Kandidaten worden hiervoor in twee jaar opgeleid. Een derde van hun tijd brengen zij door op lagere scholen en in Bijbelklassen. De resterende tijd verrichten zij veldwerk. De tweede poot van Mission India is het alfabetiseringswerk, gebaseerd op een op de Bijbel gebaseerd programma van één jaar. De derde poot wordt gevormd door korte Bijbelcursussen, die jaarlijks 5 miljoen kinderen bereiken. In twee weken krijgen kinderen, na schooltijd, onderwijs uit de Bijbel.

De laatste berichten spreken van een opzienbarende groei van de kerk in de noordelijke staten van India. Houwing: „Het betreft een gebied waar tien jaar geleden nog geen half procent christen was. De strategie van Mission India is kinderen uit te nodigen voor zomerkampen. Daar krijgen zij praktisch onderwijs, zoals hygiëne, doen aan ontspanning en wij brengen hen in aanraking met de Bijbel. Kinderen én hun ouders komen hierdoor vaak tot geloof en er ontstaan huiskerken. Mission India zorgt voor verdere toerusting en begeleiding door voorgangers.”

Of de kerkplanting geen problemen oplevert? „In de noordelijke staten blijft het een probleem”, aldus Houwing. „Er is sprake van fanatieke aanvallen van de kant van hindoes, maar in de rest van India is de situatie relatief rustig.
Juist door de groeiende kerk wordt echter ook de tegenstand groter. Er is voortdurend sprake van
mishandelingen en hier en daar zelfs van doodslag. De huidige regering in India is het christendom
gelukkig gunstiger gezind in vergelijking met tien jaar geleden,
maar zij kan vaak niet verhinderen wat er op lokaal gebied plaatsvindt. De politie is dikwijls door
en door corrupt. De regering is wel bang voor een negatief beeld in het Westen. Er is immers godsdienstvrijheid volgens de wet.”

De grootste aanwas van de kerk is onder de arme bevolking. Houwing: „Tachtig procent van India leeft in grote armoede. Onder dat gedeelte bevinden zich ook de bijna 300 miljoen kastelozen, de dalits. Juist onder hen is er een grote honger naar het Evangelie. Het is ontroerend om de getuigenissen te lezen van hen die tot geloof zijn gekomen. En dan is het juist zo mooi dat diegenen die een krachtig geloof hebben, ook de beste evangelisten zijn. Zij zijn immers de beste reclame voor de kerk.”