Economie

Katoen in een nieuw jasje

In Nederland verdwijnt jaarlijks circa 130.000 ton gebruikt textiel in de verbrandingsoven. Dat moet anders, vinden de initiatiefnemers van het kenniscentrum Texperium in Haaksbergen, dat morgen zijn deuren opent. Zij werken aan methoden om van afgedankte kleding en tapijt nieuwe hoogwaardige textiele producten te maken.

8 September 2010 07:34Gewijzigd op 14 November 2020 11:42
Anton Luiken (l.) en Peter Bos, initiatiefnemers van Texperium in Haaksbergen, achter een samengeperste baal vezels van oude KLM-uniformen. Texperium wil een halt toeroepen aan de onnodige verbranding van afgedankte kleding. Foto Jan van de Maat
Anton Luiken (l.) en Peter Bos, initiatiefnemers van Texperium in Haaksbergen, achter een samengeperste baal vezels van oude KLM-uniformen. Texperium wil een halt toeroepen aan de onnodige verbranding van afgedankte kleding. Foto Jan van de Maat

Texperium –geleid door Peter Bos, Gerard Reimert en Anton Luiken– is gehuisvest op dezelfde locatie als Frankenhuis BV, een internationaal opererende onderneming in textiele grondstoffen. De imposante hal staat vol grote balen textiel. Tapijtresten uit Genemuiden worden verwerkt tot grondstof voor matrassen. Een vrachtwagenchauffeur laadt net een partij zogeheten drukverdelers in.

Links van de tapijtresten staan duizenden tonnen afgedankte kleding. „Dat is allemaal binnengekomen via kledingsorteerbedrijven als Reshare en Wieland”, legt Peter Bos uit. „Zij sorteren ingezamelde kleding en halen eruit wat nog goed en draagbaar is. Kleding die kapot of te ouderwets is, gaat hiernaartoe.”

Normaliter wordt alle kleding en tapijt verwerkt tot een bonte brij vezels, de zogeheten vervezeling van textiel. Eind dit jaar komt er bij Wieland Textiles in Wormerveer, deelnemer in Texperium, een nieuwe sorteermachine te staan die de kleding sorteert op vezelsamenstelling. Zo kan uit een bonte verzameling van niet-herdraagbare kleding katoen bij katoen en wol bij wol worden gesorteerd. De herwonnen vezels kunnen dienen als grondstof voor een veel hoogwaardiger product.

Op zijn laptop laat Bos een filmpje zien van het apparaat, dat elders al in een proefopstelling draaide. In een fractie van een seconde leest een camera de samenstelling van het materiaal af. Een lopende band schuift jassen, blouses, broeken en andere kleding in het juiste vakje. „De machine is redelijk simpel uit te breiden met extra mogelijkheden, zoals het sorteren op kleur”, zegt Bos. „Dat zorgt ervoor dat groene katoen ook weer in nieuw groen textiel wordt verwerkt. Kleding gaat kapot en ze raakt uit de mode, maar de meeste vezels zijn nog dik in orde. Die kun je hergebruiken.”

Om de vezels van gebruikte kleding terug te winnen, moeten oude kledingstukken eerst worden ‘opgevreten’ door de gloednieuwe, ruim 4 miljoen kostende machine in de centrale hal. Circa vijftien monteurs zijn druk in de weer om de laatste hand aan het apparaat te leggen. Morgen, als minister Huizinga (VROM) en gedeputeerde Abbenhues het Texperium openen, moet de vervezelingsmachine draaien.

De machine trekt kleding aan stukken en zuivert haar van knopen, ritsen en andere metaaldeeltjes. Aan het einde van het proces spuwt ze pure vezels uit. Niet zonder trots zegt Bos dat het wereldwijd de grootste machine in haar soort is. „Ze verwerkt straks zo’n 75 tot 100 ton textiel per week.”

Het idee achter het initiatief van Texperium is leuk, maar heeft het kans van slagen? Luiken is vol vertrouwen. „Ons concept is simpel: er is een aanbieder van textielafval, Texperium kijkt of en hoe het verwerkt kan worden en of de teruggewonnen vezels kunnen dienen als grondstof voor een nieuw textiel product dat een producent graag in de markt wil zetten. Voor zowel de aanbieder van afval als de producent van het nieuwe product is dat lucratief.”

Bos noemt als voorbeeld de mogelijkheid om vervezeld textiel te verwerken in de onderlaag van tapijt. Hij legt dikke en dunne stukjes tapijt op tafel. „Voor elk wat wils. De toplaag van tapijt maken we vast op een onderlaag van gerecycled textiel. Zo is een onderkant met lijm en latex niet meer nodig. De tapijtfabrikanten in Genemuiden moeten nog aan dat idee wennen. Onze vinding heeft daarom nog niet breed ingang gevonden. In theorie is het mogelijk om een kantoor te ontdoen van oude vloerbedekking, de boel te vervezelen en hetzelfde materiaal in nieuw tapijt te verwerken.”

Fraai voorbeeld van zo’n sluitende keten van hergebruik van textiel is de afspraak die Texperium al met KLM heeft gemaakt. De luchtvaartmaatschappij stak recent al haar 11.000 stewardessen in het nieuw, maar wilde voorkomen dat uniformen buiten het bedrijf zouden gaan zwerven. KLM scheurde zelf al de gebruikte kleding aan stukken en leverde zo’n 60 ton stukjes hemelsblauw katoen, wol, polyester en polyamide af in Haaksbergen.

Het spul ligt klaar om door de nieuwe machine verwerkt te worden tot vezels die KLM en andere ondernemingen willen gebruiken voor nieuwe textiele producten. Welke dat zijn, wil Bos aan de vooravond van de opening van Texperium nog niet zeggen.

De verwerking van bedrijfskleding biedt perspectieven voor Texperium. Zo zullen politie en leger ook willen voorkomen dat afgedankte uniformen in handen van kwaadwillende figuren terechtkomen.

Het belangrijkste doel van de initiatiefnemers van Texperium is dat het onnodig verbranden van textiel stopt. Luiken: „Katoen wordt steeds schaarser. Voor 1 kilo is 10 tot 25 kubieke meter water nodig, vaak in landen waar het water al zo schaars is. Tegelijkertijd stijgt de behoefte aan vezels. Tot nu toe wordt afgedankt textiel slechts hergebruikt in bijvoorbeeld isolatiemateriaal of in dashboards van auto’s. Wij streven ernaar om van een oude spijkerbroek, shirt of trui een nieuwe te maken. Technisch hebben we aangetoond dat het kan.”

www.texperium.nl


Soorten vezels

De grondstof voor textiel bestaat uit vezels. Natuurlijke vezels zijn van plantaardige of dierlijke afkomst. De belangrijkste plantaardige vezel is katoen, gevolgd door linnen. Tegenwoordig worden op kleinere schaal hennep, brandnetels en bamboe in kleding toegepast. De belangrijkste dierlijke vezels zijn wol en zijde.

Aan het einde van de negentiende eeuw zijn de eerste kunstmatige vezels gemaakt. Hiervoor gebruikte men het cellulosemolecuul uit hout. Zo kon rayon worden gemaakt, de eerste kunstmatige vezel op natuurlijke basis. In 1938 ontdekten wetenschappers de eerste geheel synthetische vezel: nylon, een polyamide vezel. Hierna werden nog veel andere vezels ontwikkeld zoals polyester, polyacryl, polyurethaan, polyetheen, polypropeen en aramide.

Textiel bestaat uit geweven of gebreide vezels van natuurlijk of synthetisch materiaal. Ook is een combinatie daarvan is mogelijk. Viscose behoort tot de laatste categorie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer