Taaltraining populair bij jongere dementiecliënt
Ze genieten van het mooie weer, de veertigers, vijftigers en zestigers die de dagbehandeling in het Haagse verpleeghuis Mariahoeve bezoeken. Twee mensen tafeltennissen. Een man legt het blad van een tuintafel in met mozaïeksteentjes. De meeste cliënten doen mee met een kennisspel. Allen kregen voor hun vijfenzestigste met dementie te kampen.
De dagbehandeling is in principe bedoeld voor mensen die thuis wonen. Het bezoek aan Mariahoeve ontlast het thuisfront en biedt de gasten behalve begeleiding en behandeling ook structuur en een zinvolle dagbesteding, vertelt Ellie de Booy, coördinator dagbehandeling. „Ons uitgangspunt is iemands identiteit zo lang mogelijk te behouden. Door observatie proberen we helder te krijgen wat een cliënt kan. Dat proberen we uit te breiden. Regelmatig zien we deelnemers opbloeien. Vreemde ogen kunnen dwingen, waardoor dingen bij ons wel lukken. Zoiets valt niet altijd mee voor het thuisfront. Daar komt bij dat een bezoeker hier soms vriendelijk is, maar thuis nors overkomt. Hij zet zich af tegen de mensen die het dichtst om hem heen staan.”
Op dit moment bezoeken circa vijftig cliënten de dagbehandeling. Ze zijn in vijf groepen verdeeld, die elk over een eigen huiskamer beschikken. Daar wordt koffie gedronken en gepraat. Onderdelen van het behandelprogramma en de activiteiten zijn echter over de diverse groepen verdeeld.
Het aanbod is divers. „Omdat we met jonge, vitale mensen te maken hebben, besteden we veel aandacht aan beweging, zoals fitness en wandelen. Geheugentraining gieten we in de vorm van vraag-en-antwoordspellen. Dit geeft geen verbetering, maar vaardigheden blijven wel langer behouden. Taaltraining is erg populair. We lezen een dictee voor waarin een actueel onderwerp centraal staat. De deelnemers zijn zo enthousiast dat ze er bij mooi weer zelfs een buitenactiviteit voor laten schieten.”
Mariahoeve biedt ook mensen die van knutselen en handwerken houden alle ruimte. „Kaarten maken, naaien, schilderen; we proberen zo dicht mogelijk bij iemands hobby of voormalige werk aan te sluiten. Soms is dat lastig. Wat moeten we een cliënt bieden die van motorrijden of diepzeeduiken houdt? In dergelijke gevallen kopen we een boek over zo’n onderwerp of vragen we een deelnemer fotoalbums van thuis mee te nemen en over zijn passie te vertellen.”
Cliënten komen in eerste instantie vaak niet vrijwillig naar de dagbehandeling. „De aanleiding is verdrietig. Vaak ziet de cliënt ook dat het niet anders kan omdat de partner bijvoorbeeld nog moet werken”, merkt De Booy. Haar werk is niet altijd makkelijk. „We zien cliënten in korte tijd oud worden. Dat is een kenmerk van dementie op jongere leeftijd. Daarnaast moeten de mensen steeds weer een stapje terug doen. Ze ontdekken bijvoorbeeld dat ze geen klok meer kunnen kijken en zijn daar verdrietig om.”
Dit is het vierde artikel in een serie over jonge mensen met dementie. Volgende week deel 5.