Verlaging pensioenen oneerlijk en juridisch complex
Korten op pensioenen is onrechtvaardig en wettelijk niet zonder haken en ogen, stelt Gijsbert Vonk. Om te voorkomen dat mensen slachtoffer worden van het korten is het goed een solidariteitsfonds in het leven te roepen.
Door druk van de vergrijzing en de kredietcrisis kampen pensioenfondsen met zorgelijke tekorten. Bijna alle pensioenfondsen zitten onder de minimaal toelaatbare dekkingsgraad van 105 procent.
Bij enkele fondsen is de situatie zo nijpend dat niet alleen toevlucht is gezocht tot premieverhogingen en het bevriezen van de indexering, maar dat nu ook verlaging van de lopende pensioenen wordt overwogen.
Met de sociale partners werd afgesproken dat een verlaging van pensioenen pas aan de orde zou kunnen zijn indien in april 2011 de situatie daartoe aanleiding geeft. Tenzij uit een tussentijdse evaluatie zou blijken dat de dekkingsgraden zich niet voldoende verbeteren.
Voor veertien fondsen is dit laatste aan de orde. De noodlijdende fondsen is door minister Donner van Sociale Zaken de wacht aangezegd. Voor het eind van dit jaar moeten deze fondsen in overleg met De Nederlandsche Bank nagaan of tot het korten van pensioenen, het zogenoemde afstempelen, moet worden overgaan.
Van de ongeëvenaarde overschotten zoals er die eind jaren negentig nog bij de pensioenfondsen waren, is momenteel zeker geen sprake meer. Wanneer niet wordt ingegrepen in de wijze waarop in Nederland het pensioenkapitaal wordt vergaard en uitgekeerd, zal afstempelen ten gevolge van de vergrijzing vaker voorkomen.
Vanaf 2010 neemt het aantal gepensioneerden drastisch toe, terwijl tegelijkertijd het aantal werkende Nederlanders daalt. Daarnaast moet rekening worden gehouden met de toenemende levensverwachting.
Om toch de gewenste rendementen te behalen, worden de fondsen meer afhankelijk van risicovolle beleggingen. De kans dat fondsen in de problemen komen, neemt hierdoor toe.
Korten op de pensioenen is ernstig en ingrijpend en moet worden vermeden. Allereerst is het onrechtvaardig voor de betrokkenen: de maatregel treft hen volstrekt willekeurig.
Afstempelpraktijken zijn bovendien in strijd met de uiteindelijke doelstelling van het pensioenstelsel. Dat beoogt iedere Nederlander na de pensioengerechtigde leeftijd een zeker bestaan te garanderen.
Tevens zijn er juridische obstakels. De minister is veel te optimistisch wanneer hij stelt dat al één maand na de aankondiging tot afstempeling kan worden overgegaan. Pensioenen vormen eigendomsrechten in de zin van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Als pensioenen eenzijdig worden verlaagd, moet op grond van het rechtszekerheidsbeginsel ten minste een goede overgangsperiode in acht worden genomen.
Om te voorkomen dat mensen in de toekomst vaker het slachtoffer worden van afstempelpraktijken, lijkt het mij goed een solidariteits- of garantiefonds in het leven te roepen waaruit noodlijdende pensioenfondsen kunnen worden geholpen.
Dat betekent weliswaar voor iedereen hogere premies en lagere pensioenen. Maar deze variant heeft de voorkeur boven een stelsel van zachte, onbetrouwbare pensioenen die variëren al naar gelang het risico.
Het fonds zou gevuld moeten worden met bijdragen van werkgevers en werknemers. In landen als Zwitserland en Canada en ook in het nieuwe Duitse pensioenstelsel bestaan dergelijke garantiefondsen al.
Een solidariteitsfonds heeft de voorkeur boven steun aan noodlijdende pensioenfondsen door de staat. Ons aanvullende pensioenstelsel gaat ervan uit dat de werkgevers en de werknemers hun eigen broek ophouden; de staat draagt zorg voor de AOW.
Een onderling garantiefonds verhoogt ook de collegiale druk onder de pensioenfondsen om goed te presteren.
Tevens is er in het toekomstig pensioenstelsel een nog altijd belangrijke rol weggelegd voor individuele burgers. Naast de eerste twee pijlers –AOW en pensioenfondsen– is er de derde pijler van particuliere spaarvormen waarvoor een burger zelf kan kiezen, bijvoorbeeld in de vorm van levensverzekeringen of particuliere pensioenproducten.
Het algemene pensioenstelsel moet veilig zijn. Wanneer burgers willen gokken, moeten ze dat maar doen met eigen geld.
De auteur is hoogleraar sociale zekerheidsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen.