Cultuur & boeken

Christen is allochtoon

Hebben christenen een taak op deze aarde of kunnen ze maar beter uitzien naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waarop gerechtigheid woont? De eeuwen door hebben christelijke denkers hun hoofd gebroken over deze vraagstelling.

mr. D. J. H. van Dijk
1 September 2010 14:17Gewijzigd op 14 November 2020 11:38
Foto ANP
Foto ANP

In ”Burgerschap en cultuurparticipatie”, een publicatie van Driestar Educatief in samenwerking met uitgeverij Groen, wordt een nieuwe poging ondernomen om deze vraagstelling te doordenken. Drie bekende scribenten nemen ieder vanuit eigen invalshoek de handschoen op: prof. A. van de Beek, ds. W. Visscher en dr. B. J. Spruyt.

Van de Beek is het radicaalst in zijn opvattingen. Christenen zijn tentbewoners en moeten zich niet inlaten met politiek en dergelijke. De wereld is definitief veroordeeld en er is geen hoop op verbetering. Hier beneden is het niet. Deze ferme stellingname heeft alles te maken met Van de Beeks visie op de gelovige. Kinderen van God zijn onmondige kinderen die niet voor eigen verantwoording kunnen staan. Dit zijn andere tonen dan die Spruyt aanslaat als hij, in navolging van dr. W. Aalders, rept over een vorm van aristocratisch christendom, een erudiet, mondig en zelfs trots geloof.

De noties van Van de Beek over het vreemdelingschap zijn behartigenswaardig, maar niet bevredigend. Van de Beek citeert geregeld met instemming Calvijn. De notie van het vreemdelingschap betekende voor Calvijn echter niet dat hij zich niet bekommerde om de inrichting van het publieke leven. Integendeel. Voor Calvijn zijn christenen mede verantwoordelijk voor deze wereld, Góds schepping.

Van de Beek lijkt in zijn gedachte­vorming niet verder te reiken dan de vroegchristelijke theologie. Het zou vruchtbaar zijn als hij zijn gedachten eens expliciet in confrontatie bracht met het christelijke denken uit de tijd van Reformatie, Nadere Reformatie en Reveil. Overigens is het een misvatting dat de eerste christenen publieke functies afwezen omdat zij publieke verantwoordelijkheden wilden ontlopen.

Ds. Visscher beschrijft op indringende wijze de consequenties van onze seculiere tijd en zijn militante vertegenwoordigers, zoals Herman Philipse en Richard Dawkins. Hoelang hebben christenen nog de ruimte om te leven in overeenstemming met hun geloof? Zolang christenen de ruimte hebben, hebben zij in ieder geval de plicht om Gods boodschap te proclameren in private en publieke sfeer. Deelname aan het publieke domein is geboden, zolang dit geen medewerking aan het kwaad impliceert. Ds. Visscher trekt hier vanuit de gereformeerde traditie heldere lijnen.

Geestig is dat ds. Visscher ingaat op het gedachtegoed van Spruyt. Hij citeert Spruyt als die in 2005 beweert dat bij „de noodzakelijke restauratie van onze democratische rechtsstaat het christelijk geloof niet de concrete leidraad kan zijn.” Ds. Visscher citeert hier echter de ‘oude’ Spruyt. Inmiddels betoogt Spruyt al enige jaren dat voor een herstel van het culturele fundament van onze samenleving een terugkeer naar de christelijke traditie onmisbaar is.

Spruyt levert in zijn bijdrage een innemende bespreking van de visie van dr. W. Aalders. Christenen zijn gerechtvaardigde zondaren. Vanuit dit uitgangspunt heeft de christen zijn taak op aarde te vervullen. Spruyt voert een pleidooi voor een herleving van het christelijk conservatisme in de politiek, zoals dit zich manifesteerde binnen de Christelijk-Historische Unie (CHU). Een traditie die diepe wortels heeft en altijd open in de wereld heeft gestaan. Een traditie die de CHU-Kamerleden inspireerde tot sterke inhoudelijke bijdragen, ook als zij daarmee tegen de tijdgeest moesten ingaan.

Met deze laatste opmerking wordt de gemeenschappelijke noemer van de diverse bijdragen aangeroerd. De christelijke boodschap en haar navolgers hoeven in deze wereld niet te rekenen op populariteit. Christenen zijn allochtonen; personen met een andere identiteit. En voor zij het weten ongewenste vreemdelingen.

Burgerschap en cultuurparticipatie, dr. A. van de Beek, ds. W. Visscher en dr. B. J. Spruyt;
uitg. Driestar Educatief, Gouda i.s.m. uitg. Groen, Heerenveen, 2010; ISBN 978 90 5829 959 8; 2010; 105 blz.; € 9,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer