Kootwijkerbroek positief over gesprek met Kamer
De twee stichtingen die Kootwijkerbroek vertegenwoordigen in de nasleep van de mkz-crisis zijn positief over een gesprek dat zij donderdagmiddag hadden met de Tweede-Kamercommissie voor landbouw. Ze hopen dat minister Veerman (Landbouw) direct of via de Tweede Kamer alsnog is te bewegen tot het instellen van onafhankelijk onderzoek naar de mkz-uitbraak.
Begin april brak minister Veerman het gesprek met de beide stichtingen resoluut af. In deze krant toonde hij zich verbolgen over hun hoge eisen ten aanzien van het onderzoek en gegriefd over persoonlijke aanvallen vanuit de stichtingen op zijn integriteit. „Het boek is dicht”, zei de bewindsman in een interview.
In de Kamer betuigde drs. L. Jansen van de Stichting Onderzoek MKZ-crisis Kootwijkerbroek gisteren „spijt” over het feit dat hij en anderen de minister kennelijk hebben gegriefd. Hij benadrukte dat dit nooit de bedoeling is geweest. Mocht Veerman daaraan hechten dan wil Jansen -zo mogelijk in een gesprek met Veerman- het zware verwijt van woordbreuk van tafel halen, „hoewel de kern recht overeind staat.”
Verder maakte Jansen de Kamer duidelijk dat zijn stichting niet zwaar hecht aan de eis om onafhankelijke onderzoekers lopende het onderzoek te kunnen ’ontslaan’. Volgens hem komt deze suggestie, die volgens Veerman onacceptabel is, oorspronkelijk niet van zijn stichting maar van de minister zelf. Het ministerie deelt die lezing overigens niet.
Jansen zei ook bereid te zijn zich soepel op te stellen als het gaat om de eis dat zijn stichting over de schouder van de onderzoekers in alle relevante documenten kan meekijken. Wel wil hij dat het uiteindelijke onderzoeksverslag uitgebreid gedocumenteerd en daarom controleerbaar is.
De Stichting MKZ Kootwijkerbroek heeft donderdagmiddag vooral gepleit voor DNA-onderzoek om te bekijken of de monsters op basis waarvan de mkz-uitbraak is vastgesteld, wel van het goede dier afkomstig zijn. De stichting vindt dat de minister tot nog toe onvoldoende heeft gegarandeerd dat zulk onderzoek zal worden gedaan.
Na beide stichtingen nadrukkelijk te hebben opgeroepen tot onvoorwaardelijk vertrouwen in een mogelijk onafhankelijk onderzoek, constateerde voorzitter Meijer van de Tweede-Kamercommissie dat de verschillen tussen ’Kootwijkerbroek’ en minister Veerman zeker niet onoverbrugbaar groot zijn. De Kamer beraadt zich op de vraag of zij de minister er via een motie toe zal oproepen alsnog de draad met Kootwijkerbroek op te pakken. Geheel volgens de staatsrechtelijke gewoonte zal zij voor het aannemen van zo’n motie wel eerst de minister zelf raadplegen.
Woordvoerder Jansen toonde zich donderdagmiddag na afloop van het gesprek verheugd over de uitkomst. Hij sprak van een „heel neutraliserend en objectiverend gesprek.” Hij hoopt dat een „zakelijke benadering” nu zal leiden tot een compromis, waarvan hij gelooft dat het „binnen handbereik” is.