Dat liet Tweede Kamerlid Joël Voordewind van de ChristenUnie zondag weten vanuit de hoofdstad Port-au-Prince. Hij is in Haïti op bezoek bij enkele Nederlandse ontwikkelingsorganisaties om te kijken hoe de hulpverlening en wederopbouw verlopen. „Veel hulp aan de kampen en eerste wederopbouwhulp komt op gang, vooral buiten de steden. De coördinatie van de hulp loopt ook goed”, constateert Voordewind.

Van de Verenigde Naties heeft hij echter begrepen dat het nog zeker een jaar duurt voordat de 1,1 miljoen ontheemden in de tentenkampen zijn voorzien van beter onderdak. Het is de bedoeling om binnen een jaar 135.000 huisjes te bouwen voor de vluchtelingen. „Gezien de huidige productie lijkt me dat niet realistisch, maar wel noodzakelijk”, aldus Voordewind.

Een bijkomend probleem is dat de sociale onrust en criminaliteit in de tentenkampen toenemen, volgens hulpverleners. De problemen doen zich volgens Voordewind vooral voor in de hoofdstad en de stad Leogane. „Op het platteland gaat het beter en gaat de bouw sneller, omdat daar wel grond beschikbaar is om op te bouwen.” Ondertussen zijn echter de eerste tropische stormen op komst. „Het wordt hier opnieuw een ramp voor hen die in tenten zitten.”