Banencreatie gaat langzaam
De angst voor een nieuwe recessie is de laatste maand sterk toegenomen nadat diverse economische cijfers teleurstelden. De consumentenbestedingen zijn de belangrijkste schakel voor de westerse economieën. De consumptie is daarbij weer voor een groot deel afhankelijk van de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.
Vooralsnog blijft de werkloosheid hoog. Dat is een gevolg van de economische afzwakking; ondernemingen blijven voorzichtig in het aannemen van nieuw personeel. Toch is een lichte verbetering op de arbeidsmarkt zichtbaar. Dit kan leiden tot hogere consumentenbestedingen en voorkomt een te sterke economische terugval.
In de Verenigde Staten zijn er nu 14,6 miljoen werklozen, 9,5 procent van de beroepsbevolking. Dit hoge percentage geeft een te rooskleurig beeld. Veel werklozen hebben namelijk de moed opgegeven en laten zich niet meer als werkzoekende registreren of werken minder uren dan zij wensen. Het werkelijke percentage werklozen wordt geschat op 16,5.
Een voorloper van de arbeidsmarkt, de uitzendmarkt, laat in de VS al lange tijd een duidelijke verbetering zien. Verder stijgt het aantal nieuw gecreëerde banen in de private sector licht. Tegenover een verbetering in de particuliere sector staan echter bezuinigingen in de Amerikaanse staten die vooral ten koste van het aantal ambtenaren lijken te gaan.
Deze tendens is in Europa nog sterker. Landen als Ierland, Griekenland, Spanje en Portugal moeten fors bezuinigen. Het werkloosheidspercentage in de eurozone heeft de 10 al bereikt: 15,8 miljoen mensen zijn werkloos. Een veelgehoord verwijt is dat de Europese arbeidsmarkt inflexibel is doordat het moeilijk is om personeel te ontslaan zonder een royale ontslagpremie mee te geven.
De hervormingen van de afgelopen jaren hebben de Europese arbeidsmarkt weliswaar flexibeler gemaakt, maar de problemen zijn niet verminderd. Met name in Zuid-Europa is gekozen voor meer tijdelijke contracten in plaats van vaste contracten. In tijden van economische neergang betekent dit dat tijdelijke contracten niet verlengd worden, terwijl werknemers met een vast contract meer beschermd worden door de ontslagvergoedingen.
Binnen Europa ontwikkelt de Spaanse arbeidsmarkt zich problematisch. Het werkloosheidspercentage loopt in Spanje tegen de 20. De Spaanse economie krimpt door het ineenstorten van de bouwsector. Er is jarenlang, mede door de lage rente, te veel gebouwd. Daarnaast zijn de lonen opgelopen, wat de concurrentiepositie heeft verslechterd. Verder werkt het hoge percentage tijdelijke contracten negatief door op de arbeidsmarkt. De laatste jaren werden namelijk vooral tijdelijke arbeidscontracten aangeboden, die niet zijn verlengd. Door de recessie en dit beleid is de werkloosheid onder jongeren zeer hoog, namelijk een schrikbarend percentage van 38. De Spaanse regering heeft recent hervormingsplannen voor de arbeidsmarkt doorgevoerd, waarbij tijdelijke werknemers meer rechten en een hoger salaris krijgen. Voor vaste werknemers wordt de ontslagvergoeding lager. Dit is een stap in de goede richting, maar de administratieve afwikkeling voor veranderingen in het vaste werknemersbestand blijft te rigide om van een echte hervorming te spreken.
De Duitse en ook Nederlandse werkgelegenheid zijn binnen Europa een positieve uitzondering. Lang werd de werkloosheid in toom gehouden door werktijdverkorting aan te bieden. De Duitse werkloosheid ligt nu op 7,6 procent, het laagste punt sinds achttien jaar. In Nederland komt het percentage uit op 5,5.
De vooruitzichten zijn beter dan voor andere Europese landen, omdat Duitse en Nederlandse ondernemingen de laatste jaren veel gedaan hebben aan loonmatiging. Verder profiteren beide landen van de aantrekkende industrie en de lagere eurokoers. In het tweede kwartaal nam de werkgelegenheid in Nederland dan ook voor het eerst sinds vijf kwartalen licht toe.
Al met al zal de werkloosheid in de meeste landen voorlopig nog hoog blijven, doordat de recessie diepe sporen heeft nagelaten. De inkomensgroei en trage maar geleidelijke verbetering van de arbeidsmarkt kunnen echter tot aantrekkende consumentenbestedingen leiden.
De auteur is werkzaam als beleggingsstrateeg bij Theodoor Gilissen Bankiers. Haar bijdrage is geen aanbeveling of advies om effecten te kopen of te verkopen.