Al-Manar en NBN-Networks zijn twee Libanese televisiestations, die door de sjiitische Hezbollah worden gecontroleerd. Voor de islamitische vastenmaand ramadan van dit jaar, die vorige week begon, hadden de tv-zenders een serie ingekocht van Iran die tijdens de vastentijd in zeventien afleveringen zou worden vertoond.

In het Midden-Oosten worden altijd speciaal voor de periode van de ramadan ontelbare soaps en series geproduceerd, omdat de Arabieren na de avondmaaltijd hun tijd voornamelijk zittend doorbrengen voor de televisie.

De serie gaat over Jezus, gebaseerd op het door de christenen niet erkende evangelie van Barnabas. In dit evangelie wordt niet alleen de godheid van Christus ontkend, maar sterft uiteindelijk Judas aan het kruis in plaats van Jezus.

De serie beschrijft Jezus vanuit een islamitisch standpunt. Moslims zien Jezus als een profeet en een leraar, maar niet als de Zoon van God, zoals christenen.

Vorige week werden de twee eerste episoden van de serie op Al-Manar vertoont, wat leidde tot een schok en grote verontwaardiging bij de Libanese christenen.

De patriarchen en bisschoppen van Libanon kwamen vrijdag in een spoedzitting bijeen en vroegen om de serie te stoppen, zodat voor christenen zeer kwetsende passages eruit konden worden geknipt.

De Libanese minister van Informatie, Tarak Mitri, intervenieerde persoonlijk, maar na de gehele serie te hebben bekeken kwam de minister tot de conclusie dat er te veel passages inzaten die eruit moesten worden geknipt.

Er zou feitelijk niets meer overblijven van de serie.

Binnen 24 uur liet zowel Al-Manar als NBN-Networks weten dat ze na rijp beraad besloten hadden de serie stop te zetten en niet verder uit te zenden.

In Libanon feliciteren christenen en moslims elkaar traditioneel tijdens het einde van de ramadan en voortzetting van de serie zou „de sfeer vergiftigen.”

Beide televisiestations lieten weten dat ze het besluit om de serie te stoppen vrijwillig hadden genomen, zonder druk van de overheid, om de christenen niet te kwetsen.

Minister Mitri prees de tv-zenders omdat deze besloten hadden geen financiële compensatie te zullen eisen. De film werd in 2008 geproduceerd.