Met deze ceremoniële daad sloten het directie-echtpaar Esther en Albert Knoester en Gerard Plaggenmarsch het Nederlandse gastenhuis op de Olijfberg. Bij de ceremonie waren ruim twintig mensen aanwezig uit de Nederlandse christelijke gemeenschap in Jeruzalem.

Het Huis op de Berg -vanwege de hoge ligging op de Olijfberg hebben de bezoekers altijd zicht op het oude Jeruzalem- werd dertien jaar geleden geopend om Nederlandse Israëlgangers onderdak te bieden. Wegens het teruglopend aantal gasten zag het stichtingsbestuur in Nederland zich genoodzaakt het huis te sluiten. Het aantal toeristen naar Israël liep drastisch terug vanwege het geweld tussen Israëliërs en de Palestijnen. Het grootste deel van de inboedel zal naar het huis Jemima in Beit Jala gaan.

In de jaren tachtig had de verbouwing plaats onder leiding van Koos Bouterse. Daarvóór was het huis in gebruik door onder meer Nederlanders van de organisatie Near East Ministry. Een bijzonder aangrijpende dag was 2 augustus 1993, toen de toenmalige beheerder, Kees Veldhuijzen, aan een hartaanval overleed.

„Het is ongeveer tweeënhalf jaar geleden dat Esther en ik de leiding van het huis overnamen”, zei Albert Knoester dinsdag in zijn afsluitingstoespraak. „En we moeten zeggen dat we in een gespreid bedje terechtkwamen. Jan en Elly van der Perk, het vorige beheerdersechtpaar, lieten ons een prachtig onderhouden huis na.”

Het huis was voor velen een stukje Nederland in Israël, aldus Knoester. Door de jaren heen zijn er vele bezoekers geweest van allerlei kerkelijke achtergrond. „Het boeiende voor ons was dat het altijd zeer gemêleerde gezelschappen waren die kwamen. Mensen uit verschillende tradities, kerken en gemeenten. Oud gereformeerden probeerden opwekkingsliederen mee te zingen. En pinksterbroeders en -zusters deden hun uiterste best om de psalmen in de berijming van 1773 mee te zingen.”

Dr. Geert H. Cohen Stuart betreurt de sluiting van het Huis op de Berg vooral omdat de theoloog die namens het Centrum voor Israël-studies uitgezonden zal worden van de ruimte gebruik had kunnen maken voor zijn activiteiten. „Mijn ervaring is dat als je geen locatie hebt, het veel moeilijker is om dingen te organiseren”, zegt hij.

Geert en Marian Cohen Stuart waren aanwezig bij de opening van het huis op hemelvaartsdag 1990. In de eerste jaren, toen hij als theologisch adviseur voor de Nederlands Hervormde Kerk in Jeruzalem werkte, sprak hij er vrij vaak.