Bronnen van de krant die bij de staatsveiligheidsdienst hebben gewerkt, zeggen dat het om de resten gaat van vooraanstaande burgers uit Kragujevac. In oktober 1944, direct na de bevrijding van de stad door communistische partizanen, zouden zij zijn opgepakt en doodgeschoten. Alleen wie genoeg geld had om zich vrij te kopen, kon de dans ontspringen.

Volgens de voormalige geheim agenten werden de slachtoffers in eerste instantie begraven op het terrein van de Zastava-autofabrieken.

In de jaren vijftig van de vorige eeuw werd in het grootste geheim begonnen met het opgraven van de lijken. Ze werden verpakt in zakken en in het holst van de nacht herbegraven in een massagraf op de stadsbegraafplaats. Omdat de autoriteiten de zaak geheim wilden houden, vorderden de werkzaamheden slechts langzaam. Pas eind jaren negentig, ruim vijftig jaar na de massamoord, werden de laatste botten gevonden en overgebracht naar hun huidige rustplaats.

Navrant is dat daar ook, onder een ruwe steen met het communistische symbool met hamer en sikkel, ruim honderd gesneuvelde partizanen begraven liggen. Burgemeester Veroljub Stefanovic van Kragujevac zei tegen Blic dat op die plek een „monument van verzoening” zal komen. Maar wel zonder hamer en sikkel.