Origineel oorlogsboek over eigenzinnig meisje
Op een avond neemt vader zijn dochter Toda op schoot en vertelt haar dat in het zuiden de Enen tegen de Anderen vechten. Hij laat een donkergroen boekje zien, ”Wat Elke Soldaat Moet Weten”, waarvan één hoofdstuk over camoufleren gaat. Omdat het bij oma te gevaarlijk is, moet Toda naar het buitenland, waar haar moeder woont. Onderweg krijgt Toda te maken met allerlei soorten mensen: smokkelaars, ruziënde moeders in het Huis van het Algemeen Belang, bezitterige reserve- oma’s, een oud-generaal, een deserterende soldaat en mensen in het Tehuis voor Loslopende Kinderen.
Doordat al die wonderlijke mensen worden bekeken (en beschreven) door de ogen van de eigenzinnige Toda, ontstaat een boeiend beeld van de wereld rond ons. Wie herkent niet de zogenaamd liefdadige mensen, die na het geven van hun afgedankte speelgoed een uitgebreid dankwoord verwachten? Of de trotse generaal, die niet begrijpt dat Toda hem niet kent: Ik sta in de schoolboeken, dus je moet over me hebben geleerd?
Van Leeuwen speelt met taal en bouwt regelmatig humor in. Heerlijk is ook de kinderlijke logica van Toda. Wanneer de generaal opmerkt dat hij haar vader in zekere zin kent, bedenkt Toda: „Ik begreep niet wat hij bedoelde. In zekere zin, dan kende hij mijn vader misschien, of zeker, of had hij zeker wel zin om hem te kennen.” Aan het eind van het boek komt Toda (gelukkig) bij haar moeder en liggen er brieven van vader en oma op haar te wachten. Joke van Leeuwen bewijst opnieuw, als kinderboekenschrijver en -illustrator, een topper te zijn!
Toen mijn vader een struik werd, Joke van Leeuwen; uitg. Querido, Amsterdam, 2010; ISBN 978 90 451 1084 4; 104 blz.; € 12,95.