Bronnen rond supermarktketen Albert Heijn melden dat het bedrijf te lijden heeft van dalende omzetten en winstmarges. Ook het marktaandeel staat onder druk. Voor moederconcern Ahold komt dit zeer ongelegen, omdat het de winstbijdrage van AH hard nodig heeft om te overleven.

De marktonderzoekbureaus AC Nielsen en GfK melden dat de omzetgroei na jaren van aanhoudende toename de afgelopen weken volledig is stilgevallen. Tegelijk merkt Albert Heijn dat klanten vaker op zoek gaan naar goedkopere alternatieven, zoals Aldi en Lidl.

Behalve de tegenvallende verkopen woedt er de eerste maanden van dit jaar een prijzenslag in de branche. Hierdoor staan de winstmarges onder druk.

Volgens ingewijden loopt Albert Heijn 7 procent tot 8 procent achter op het door het hoofdkantoor goedgekeurde budget. Het supermarktbedrijf moet volgens plan elke week 103 miljoen tot 104 miljoen euro omzet halen. In de eerste periode van dit jaar lagen de omzetten gemiddeld tussen 96 miljoen en 97 miljoen euro. De marge ligt momenteel 2 tot 3 procent onder de begroting. Hierdoor blijft de winst elke week circa 5 miljoen euro achter bij de verwachtingen. Als deze trend niet wordt gekeerd, kan dat het concernresultaat op jaarbasis met 200 miljoen euro drukken. Vorig jaar haalde Albert Heijn een resultaat van circa 250 miljoen.

Albert Heijn weigert desgevraagd ieder commentaar.

De woede onder het AH-personeel richting voormalig bestuursvoorzitter C. van der Hoeven en richting het hoofdkantoor van Ahold is groot. „Het is een mentale kwestie”, zegt een insider, die anonimiteit eist. „Het scheelt nogal of je bij een bedrijf werkt dat niet meer kan investeren. Na jaren het gevoel te hebben gehad bij een winnaar gewerkt te hebben, heerst nu een verliezersgevoel. De voorman van Albert Heijn, D. Boer, heeft gezegd dat beslissingen over investeringen vanaf nu ”over het spoor” (bij Ahold) genomen worden. De agressie binnen Albert Heijn jegens Ahold groeit.” De geplande investeringen van Albert Heijn die in de wacht zijn gezet, bedragen ruim 100 miljoen euro.