Spanje, Cyprus, Griekenland, Slowakije en Roemenië zijn de enige EU-landen die Kosovo niet erkennen. De vijf landen vrezen dat erkenning een inspiratie vormt voor andere afscheidingsbewegingen, zoals die in Spaans Baskenland of in het Turkse deel van Cyprus.

Het arrest heeft „Europese landen die Kosovo nog niet erkennen in een moeilijke positie gebracht”, zei een hooggeplaatste EU-diplomaat. Het arrest van het hof over Kosovo staat op de agenda van het maandelijks beraad van de ministers van Buitenlandse Zaken van de 27 EU-landen, maandag in Brussel.

Spanje, Cyprus en Roemenië hebben inmiddels hun weigering om Kosovo te erkennen herhaald. Maar de Britse minister van Buitenlandse Zaken William Hague zei: „Kosovo heeft ruim 2,5 jaar gefunctioneerd als een onafhankelijke staat. Ik vraag landen die het nog niet hebben erkend dat alsnog te doen”.

Zijn Duitse collega Guido Westerwelle probeerde de niet-erkennende landen gerust te stellen dat erkenning van Kosovo geen gevolgen heeft voor andere separatisten. „Het is een uniek besluit in een unieke situatie met een unieke historische achtergrond”, zei Westerwelle na gesprekken met zijn Grieks-Cypriotische collega Markos Kyprianou.

De 27 EU-landen hebben hun meningsverschillen deze week al overbrugd bij het opstellen van een gezamenlijke verklaring na het arrest. Daarin stelden ze dat „de toekomst van zowel Servië en Kosovo in de Europese Unie ligt”. De EU-landen boden ook aam om te bemiddelen tussen Kosovo en Servië.

Diplomaten geven toe dat het niet eenvoudig was om tot overeenstemming te komen over de bewoording van deze verklaring.