Op de markt van Rafah liggen sinds enkele weken producten uit Israël die jarenlang verboden waren, maar sinds de versoepeling van de blokkade door Israël weer verkrijgbaar zijn. Buiten de stad, op weg naar de grensovergang met Israël, staat een lange rij van lege trucks.

Hoewel nu dagelijks 170 vrachtwagens met goederen, gevuld met hout, benzine, voedsel en kleding, worden toegelaten tot Gaza, is het volgens de grenswoordvoerder van Hamas, Adel Zorob, lang niet genoeg om te voorzien in de dagelijkse behoeften van de 1,5 miljoen bewoners van de Gazastrook. „Voordat Hamas in 2007 aan de macht kwam, waren het vijfhonderd vrachtwagens per dag”, vertelt Zorob. „De helft van de dag hebben we geen elektriciteit. De tien vrachtwagens benzine, en vier met gas, zijn lang niet genoeg.”

Sinds de gedeeltelijke opheffing van de restricties op goederen, als gevolg van de wereldwijde verontwaardiging over de Israëlische entering van een hulpkonvooi voor Gaza waarbij negen doden vielen, worden de meeste consumptiegoederen weer toegelaten tot Gaza, al staan basisproducten als cement nog altijd op de zwarte lijst.

De versoepeling van de blokkade betekent een stimulans voor de economische activiteit in het door armoede en werkeloosheid geplaagde kustgebied. Om de economie verder te ontwikkelen voorziet de EU de komende jaren negenhonderd bedrijven in Gaza van leningen.

Maar zolang de export van goederen uit Gaza verboden blijft, is de productie noodgedwongen aangewezen op de lokale consumptie. Dat betekent een probleem voor Kamal Shumulk, de lokale coördinator van het ministerie van Landbouw in Rafah. De afgelopen jaren heeft hij zijn inspanningen om de teelt van bloemen te stimuleren telkens weer zien mislukken.

„Bloemen zijn een van de weinige producten die uit Gaza worden geëxporteerd. Ondanks inspanningen van de Nederlandse overheid, en hulp in de vorm van kunstmest en insecticiden, neemt het aantal geëxporteerde bloemen sinds 1996 gestaag af. We zijn in tien jaar van zestig miljoen naar dertien miljoen bloemen afgezakt.”

Door watergebrek en verzilting in Gaza is Rafah het enig overgebleven gebied waar bloemen kunnen worden geteeld, legt Shumulk uit. „Maar we kunnen niet opgeven. Dit is een van de weinige producten waar dollars mee te verdienen zijn. En die hebben we hard nodig.”

Shumulk hoopt dit jaar de export op te voeren naar 25 miljoen bloemen. „Dat kan alleen als de grens weer open gaat. Gebeurt dat niet, dan kunnen we de bloemen net als de voorgaande jaren alleen als voer voor de dieren gebruiken.”