Religieuze leiders praten met EU over armoede
BRUSSEL – Leiders van 24 religieuze groeperingen hebben maandag de voorzitters van EU-instellingen bezocht om van gedachten te wisselen over de strijd tegen de armoede.
Het was de zesde keer dat het overleg van de EU met de religieuze leiders plaatsvond, sinds het in 2005 van start ging onder leiding van voorzitter José Manuel Barroso van de Europese Commissie. De religieuze leiders zijn afkomstig uit heel Europa en vertegenwoordigen allerlei stromingen. Ze waren uitgenodigd voor een vier uur durend overleg met Barroso, EU-president Herman Van Rompuy en voorzitter Jerzy Buzek van het Europees Parlement.
Vorig jaar pleegden de Europese leiders overleg met de religieuze leiders over de klimaatverandering. Maandag stond de strijd tegen de armoede op de agenda. Dit in het kader van het Europees Jaar voor de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. De Europese instellingen willen de dialoog aangaan over effectieve maatregelen om de meest kwetsbare groepen beter te integreren in de samenleving. Bijna 80 miljoen Europeanen (16 procent van de EU-bevolking) leven op de rand van de armoedegrens.
Onder anderen de Rotterdamse bisschop Ad van Luyn was uitgenodigd, als voorzitter van het Europese bisschoppenoverleg Comece. De hoogste rabbijn van Frankrijk, de rector van de Grote Moskee in Parijs en een lutherse bisschop behoorden ook tot de genodigden.
Nieuw waren vertegenwoordigers van de hindoe- en sikhgemeenschap. „De sikhs vormen een belangrijke gemeenschap in Groot-Brittannië”, verklaarde Michel Praet, adviseur van Herman Van Rompuy. „Mogelijk is er volgend jaar ook een boeddhistische afvaardiging.”
Van rooms-katholieke zijde was er kritiek dat de religieuze leiders door de uitbreiding onvoldoende tijd krijgen om hun standpunten uiteen te zetten. De rooms-katholieken vrezen dat de ontmoeting uitgroeit tot een folkloristisch gebeuren.
Een van de doelen van de EU-strategie voor 2020 is een reductie van het aantal arme Europeanen met 25 procent. De Europese Commissie wil meer en betere banen creëren en onderwijs voor de kwetsbare groepen beter toegankelijk maken. De EU is geïnteresseerd in de visie van de religieuze gemeenschappen, omdat deze belangrijke bijdragen kunnen leveren aan de doelstellingen.
Het Europees Parlement heeft begin dit jaar een verklaring uitgegeven bij de lancering van het Europees Jaar voor de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. Daarin wordt gesteld dat de meest verspreide vorm van armoede in de EU de zogeheten relatieve armoede is. „Mensen in een dergelijke situatie hebben een inkomen of bestaansmiddelen die niet toereikend zijn, waardoor zij uitgesloten zijn van het hebben van een levensstandaard die als aanvaardbaar wordt beschouwd in de maatschappij waarin zij leven”, aldus de verklaring.
„Er wordt gesproken van sociale uitsluiting als men niet in staat is om aan het maatschappelijk leven deel te nemen op een manier die door velen als vanzelfsprekend wordt ervaren, door armoede, gebrek aan basisvaardigheden, gebrek aan scholing of door discriminatie. Dit maakt de afstand tot een baan, inkomen en onderwijskansen groter. Mensen die met sociale uitsluiting hebben te maken, hebben een kleinere toegang tot macht en besluitvormingsorganismen en kunnen zich daarom machteloos voelen en niet in staat om invloed uit te oefenen.”