Buitenland

Grote plunderingen Bagdad gaan door

Tienduizenden inwoners van Bagdad hebben zich donderdag opnieuw overgegeven aan plunderingen. De Amerikaanse troepen in de stad hadden het te druk met vechten om ertegen op te treden.

Buitenlandredactie
11 April 2003 09:38Gewijzigd op 14 November 2020 00:15

Winkels, bedrijven, ambassades en overheidsgebouwen door de hele stad vielen ten prooi aan de plunderaars. Diverse ministeries zijn leeggehaald, net als de Duitse ambassade, het Franse culturele centrum en een huis van Saddams zoon Uday. Gedurende de dag sloegen veelal gewapende plunderaars al hun slag in huizen van hooggeplaatste functionarissen van het Iraakse regime.

Diverse gebouwen stonden in brand. Volgens Amerikaanse mariniers zijn de branden aangestoken door Iraakse strijders die de schuld aan de geallieerden proberen te geven, maar volgens journalisten is zeker een deel van de branden aangestoken door plunderaars. Dat geldt in elk geval voor gebouwen in het complex waar het ministerie van Binnenlandse Zaken is gevestigd. In zeker vijf verlaten ministeries in Bagdad is donderdag brand gesticht.

In enkele wijken van de hoofdstad heersen alleen nog „anarchie en chaos”, aldus buitenlandse verslaggevers. De huizen van onder anderen vice-premier Tareq Aziz, de rechterhand van Saddam, Izzat Ibrahim, en de halfbroer van Saddam, Watban Ibrahim al-Hassan, vielen ten prooi aan de dieven.

Uit het huis van Aziz werden schilderijen, gordijnen en zelfs elektrische bedrading weggehaald. In zijn bibliotheek lagen nog wel een boek van de ex-Amerikaanse president Nixon, boeken van Mario Puzo (The Godfather), en de ”complete werken van Saddam Hussein”. Daarvoor hadden de plunderaars blijkbaar geen interesse.

Ook een ziekenhuis in Bagdad is donderdag leeggeplunderd. Andere ziekenhuizen sloten hun deuren. Dit heeft de internationale hulporganisatie het Rode Kruis gemeld.

Donderdagavond raakten vier Amerikaanse mariniers gewond bij een zelfmoordaanslag. Een man met explosieven op zijn lichaam liep naar een controlepost in het centrum van de stad en blies zichzelf op. Hoe de gewonden eraan toe zijn is niet bekend.

Bagdad was donderdag het toneel van hevige gevechten. In het noorden van de stad waren de Imam-moskee en het huis van een topfiguur van Saddams Ba’ath-partij inzet van vuurgevechten tussen Iraakse strijders en Amerikaanse mariniers. Vanuit de moskee werd op de mariniers geschoten en in het huis zou een vergadering van Saddams regime plaatsvinden, zei een woordvoerder van het Central Command in Qatar.

Ook in het Oude Paleis, een groot complex aan de Tigris, werd gisteren zwaar gevochten, vermoedelijk na een Iraakse aanval op het door Amerikanen bezette paleis. Elders in de stad liepen Amerikaanse soldaten herhaaldelijk in hinderlagen van Iraakse strijders in burgerkleding. Het noordwesten van de stad is geheel in Iraakse handen.

Aan de noordelijke rand van Bagdad namen de Amerikanen donderdag na een gevecht van zeven uur het paleis al-Azimyah in. Daarbij kwam een marinier om het leven, aldus officieren ter plaatse. Twintig anderen raakten gewond. In het centrum bezetten de Amerikanen het ministerie van Olie.

De Amerikanen hebben te weinig militairen beschikbaar om serieus tegen de plunderingen op te treden. Bovendien zijn de troepen er niet op voorbereid. „Hoe maak je hier een einde aan?” vroeg luitenant-kolonel Michael Belcher zich hardop af. „Ik weet hoe ik moet vechten. (…) Politiewerk is niet onze kracht.”

De Irakezen plunderen „als idioten”, constateerde een Amerikaanse marinier die een vestiging van de politieacademie van Bagdad moest bewaken om te voorkomen dat de menigte met een daar opgeslagen wapen- en munitievoorraad aan de haal zou gaan. In een arme sjiitische wijk rekenen bewoners zelf af met plunderaars door bij controleposten op straat goederen in beslag te nemen en die op te slaan in de moskee.

De Amerikaanse soldaten hebben ook te maken met burgers die medische behandeling nodig hebben, voedsel willen hebben of komen klagen over het gebrek aan water. „Er is maar één goed ding aan de hand: Saddam is verdwenen. De rest is slecht”, zei de manager van een hotel. „Er is geen voedsel, er is geen drinkwater, en iedereen is bang.”

Het Amerikaanse leger gaat ervan uit dat de plunderingen „op zijn tijd” vanzelf wel ophouden, zei generaal Vincent Brooks in Qatar.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer