’Nederland moet drugsbeleid krachtig uitdragen’
Staatssecretaris Ross (Volksgezondheid) moet het Nederlandse drugsbeleid assertiever uitdragen in het buitenland om steun te verwerven. Op die manier kunnen andere landen aangespoord worden de koers van Nederland te volgen, vinden PvdA, VVD, GroenLinks, LPF en D66.
De Tweede Kamer sprak donderdag twee uur over de invulling van vijf minuten spreektijd die Ross volgende week heeft op de 46e jaarlijkse vergadering van de drugscommissie van de Verenigde Naties in Wenen. De VN riep in 1998 de ’oorlog tegen drugs’ uit en bespreekt na vijf jaar de voortgang ervan. Veel landen willen de VN-verdragen ter discussie stellen.
Met uitzondering van de christelijke partijen vindt de meerderheid van de Tweede Kamer dat de VN-verdragen op drugsgebied achterhaald zijn. GroenLinks en D66 vinden de ’oorlog tegen drugs’ zinloos. Hij sluit volgens hen niet aan op de maatschappelijke werkelijkheid. Het drugsgebruik en de -handel zijn niet afgenomen, hoeveel geld er ook in de bestrijding wordt gestoken. „Niet alle drugsgebruikers geven overlast. Veel mensen kunnen er goed mee omgaan”, zei woordvoerster Vos van GroenLinks.
De Kamer wil dat Ross in Wenen onomwonden zegt dat de VN-verdragen niet werken. Zij moet juist het Nederlandse beleid naar voren schuiven. Nederland loopt voorop met de beperking van gezondheidsschade in plaats van repressie. Wat gebruik en problemen betreft scoort Nederland internationaal niet slecht.
Ross zegt de goede kanten van het Nederlands beleid te benadrukken maar dat de assertiviteit in balans moet zijn, omdat het een gevoelige materie is. „Ik wil landen niet in het harnas jagen.” De officiële inbreng is volgens haar beperkt maar in de informele rondes spreekt Nederland volgens haar wel degelijk over de mogelijke aanpassing van de VN-verdragen. Ook op conferenties zijn er intensieve internationale contacten over de Nederlandse aanpak.
Ross meldde dat er „al enige beweging binnen de VN-familie” is. Zo zijn vrijwel alle EU-lidstaten, Canada en Nieuw-Zeeland ook bezig met „beperking van schade”. Alleen Azië en de Verenigde Staten hebben strenge opvattingen.