Conclusies VN-klimaatpanel blijven overeind
DEN HAAG – Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft geen fouten gevonden die de hoofdconclusies van het wetenschappelijke VN-klimaatpanel IPCC uit 2007 over de mogelijke toekomstige regionale gevolgen van klimaatverandering ondergraven.
Dat stelde het PBL maandagmiddag nadat het in opdracht van voormalig milieuminister Cramer onderzoek heeft gedaan naar fouten in een drie jaar oud IPCC-rapport.
Aanleiding daarvoor waren twijfels die in de Tweede Kamer waren gerezen over de betrouwbaarheid van de wetenschappelijke informatie waarop de regering haar beleid baseerde. Er stond onder meer een fout in over het percentage van Nederland dat onder zeeniveau ligt, een cijfer dat ironisch genoeg rechtstreeks van het PBL afkomstig was.
Het rapport toont overtuigend aan dat die gevolgen al op veel plaatsen in de wereld zichtbaar zijn en ernstiger zullen worden als de aarde verder opwarmt. Wel schort het in sommige gevallen aan de onderbouwing van die conclusies, aldus het adviesorgaan.
De evaluatie van het PBL heeft een reeks nieuwe onvolkomenheden aan het licht gebracht, waaronder één kleine fout: het aantal mensen dat last krijgt van droogte in Afrika klopte niet. Daarnaast telde het bureau negen onnauwkeurige uitspraken, waarvoor het in zes gevallen een erratum voorstelde. Tenslotte vonden de onderzoekers vier onnauwkeurige literatuurverwijzingen, waarbij of de naam of het jaartal niet klopte.
Het PBL heeft zich beperkt tot dat deel van het rapport waarin de mogelijke regionale gevolgen van de opwarming van de aarde beschreven staan, en de overkoepelende samenvatting.
De hoofdstukken die ingaan op de relatie tussen klimaatverandering en de stijging van de hoeveelheid koolstofdioxide (CO2) in de atmosfeer, bleven buiten beschouwing, evenals de deelrapporten over mogelijke maatregelen om de opwarming van de aarde tegen te gaan.
Ondanks een aantal kritische beoordeling van artikelen door experts zag het PBL geen aanleiding om eraan te twijfelen dat menselijk handelen de belangrijkste oorzaak is van de klimaatverandering, zoals het IPCC-rapport stelt.
De onderzoekers stellen dat het IPCC zijn maatschappelijke legitimiteit kan versterken door onder meer errata te publiceren en transparanter te werken. Ook schort het in sommige gevallen aan de onderbouwing. Bovendien moet het IPCC kiezen voor een evenwichter benadering door zowel negatieve als positieve aspecten van de wereldwijde opwarming te benoemen, meent het PBL.
„De dreigende opwarming van de aarde is helaas geen loos alarm”, reageerde minister Tineke Huizinga, die het rapport in ontvangst nam. Voorkomen moet worden dat ook toekomstige publicaties van het klimaatpanel fouten bevatten, zei zij. Huizinga zei verder dat het PBL er geen twijfel over laat bestaan dat Nederland moet doorgaan met zijn klimaatbeleid.
„Het is in het belang van zowel het klimaatdebat als de geloofwaardigheid van het IPCC dat de werkwijze en kwaliteitscontrole van het klimaatpanel worden verbeterd. Het PBL-rapport doet daarvoor waardevolle aanbevelingen. Het zal zeker een belangrijke rol spelen bij het bepalen van de Nederlandse inbreng voor de IPCC vergadering dit najaar.”
Ook op het onderzoek van het PBL was kritiek. „De slager die zijn eigen vlees keurt”, zeiden de PVV en de VVD. Het PBL moest het eigen onderzoek gaan onderzoeken, vonden de partijen.
In een reactie op het rapport van het PBL liet VVD-Kamerlid Nepperus weten nog steeds niet echt gelukkig te zijn. Ze blijft zwaar tillen aan de fouten van het IPCC. Ze wacht het rapport af dat de VN later dit jaar uitbrengt over de fouten bij het IPCC.