Opinie

Biobrandstof tijdbom 
voor het milieu

De meeste biobrandstoffen helpen het milieu niet verder, stelt Ron Wit. Alleen biobrandstof uit reststromen waarvoor geen andere toepassing meer is, levert echte milieuwinst op.

2 July 2010 20:03Gewijzigd op 14 November 2020 11:05
Foto ANP
Foto ANP

De huidige biobrandstoffen voor het wegverkeer zijn geen zegen voor het milieu, maar een tijdbom. Onder het valse imago van groene brandstof vergroten ze juist de uitstoot van CO2. Een dinsdag verschenen rapport van onderzoeksbureau CE Delft heeft dit nogmaals bevestigd. Eerder dit jaar trok Natuur en Milieu al aan de alarmbel door in een rapport te wijzen op het verborgen klimaateffect van deze biobrandstoffen.

Dit verborgen klimaateffect ontstaat doordat er veel landbouwgrond nodig is voor de productie van biobrandstoffen uit gewassen zoals soja, koolzaad en mais. Voor 2020 geldt een Europese doelstelling van 10 procent hernieuwbare energie in het wegverkeer. Stel dat Nederland dit met deze biobrandstoffen zou invullen, dan zou hiervoor een oppervlakte aan landbouwgrond nodig zijn ter grootte van een derde van Nederland.

De grote vraag naar extra landbouwgrond voor de productie van biobrandstoffen wereldwijd leidt tot het kappen van bossen en cultiveren van natuurgebieden om landbouwgrond vrij te maken. Hierbij komen zo veel broeikasgassen vrij dat vrijwel alle biobrandstoffen uiteindelijk tot meer CO2-uitstoot leiden dan benzine of diesel.

Nu al bestaat 4 procent van de diesel en benzine aan de pomp in Nederland uit biobrandstoffen, waarschijnlijk zonder dat de automobilist dit beseft. Europa schrijft voor dat dit in 2020 10 procent moet zijn. De Nederlandse overheid wil hier maar liefst 14 procent van maken, omdat de overheid deze biobrandstoffen in de statistieken als 100 procent klimaatneutraal meerekent. Nederland heeft zich ten doel gesteld om de uitstoot van CO2 in het verkeer flink terug te dringen. Wanneer biobrandstoffen als klimaatneutraal worden ingeboekt, kan de klimaatdoelstelling door middel van biobrandstoffen eenvoudig worden behaald.

Dit is natuurlijk slechts een papieren CO2-reductie, omdat de CO2-uitstoot die deze biobrandstoffen bij de productie direct en indirect veroorzaken, niet wordt meegenomen. Eigenlijk is het een beetje consumentenbedrog. De automobilist betaalt aan de pomp extra voor het bijmengen van biobrandstof, dan mag hij verwachten dat dit dan ook beter is voor het milieu.

De nieuwe regering zou daarom de stimulering van deze biobrandstoffen flink moeten aanpassen. Dit kan door alleen biobrandstoffen te stimuleren die worden gemaakt uit reststromen waarvoor verder geen nuttige toepassing meer is. Bijvoorbeeld biodiesel uit gebruikt frituurvet, maar ook biogas dat geproduceerd wordt door het vergisten van gft-afval of reststromen uit de landbouw die niet meer nodig zijn om de bodemkwaliteit in stand te houden. Op die manier kan de productie van voedsel en veevoer hand in hand gaan met de productie van bio-energie.

Ondertussen is de Europese Commissie zich ook bewust van de negatieve impact van biobrandstoffen uit landbouwgewassen. Een rapport in opdracht van de Europese Commissie berekende onlangs dat bijna alle huidige biobrandstoffen het klimaat niet verder helpen. De Europese Commissie probeerde dit rapport achter te houden, maar werd uiteindelijk door de rechter gedwongen het toch vrij te geven.

De Europese Commissie staat nu onder grote druk om de berekening van de klimaatwinst van biobrandstoffen aan te passen, door ook de CO2-uitstoot mee te nemen die wordt veroorzaakt door veranderingen in landgebruik. Dit zou goed nieuws betekenen voor het klimaat en de introductie van echt duurzame biobrandstoffen.

De auteur is manager klimaat en energie bij Stichting Natuur en Milieu.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer