De politici stemden tegen een aantal voorstellen dat de macht van het Nationaal Integriteitsagentschap om onderzoek te doen naar het vermogen van regeringsmedewerkers zou hebben uitgebreid. De actie leidde tot kritiek van burgerrechtenorganisaties, die zeiden dat de mogelijkheden van Roemenië om de corruptie aan te pakken, in gevaar komen.

In de voorstellen stond onder andere dat de periode waarin de commissie onderzoek kan doen zou moeten worden uitgebreid van één naar drie jaar, dat familieleden van politici contracten met de staat moeten melden en dat commissies die de rijkdom van politici onder loep namen, opnieuw moeten worden ingesteld.

De anticorruptiecommissie klaagde woensdag dat ze door de uitslag van de stemming machteloos is geworden. Medewerker Horia Georgescu beschuldigde parlementariërs ervan hun persoonlijke belangen te willen beschermen. Hij zei dat de stemming een „uiterst negatief signaal” afgaf wat betreft de mogelijkheden van Roemenië om corruptie aan te pakken.

Volgens een groep Roemeense burgerrechtenorganisaties heeft de uitslag van de stemming de commissie feitelijk „gecastreerd.”