China kondigde vorig weekeinde aan de koers van de eigen valuta geleidelijk los te zullen laten. Het land staat al lange tijd onder grote internationale druk om de koppeling van de yuan aan de dollar op te geven. Die koppeling houdt de waarde van de yuan volgens critici kunstmatig laag, wat de Chinese exporteurs bevoordeelt ten opzichte van buitenlandse concurrenten. Sinds de aankondiging van vorige week is de koers van de yuan 0,5 procent omhoog gegaan.

Velen zien die stijging vooral als een poging van China om kritiek van de andere G20-landen voor te zijn. Om de werkelijke waarde van de munt te weerspiegelen zou de koers van de yuan tot wel 40 procent moeten aansterken.

„China heeft gezegd dat het geleidelijk zou gaan en dat gebeurt ook”, aldus een analist van Royal Bank of Canada in Hongkong. „Maar de rest van de G20 is niet van gisteren en zal vermoeden dat de aankondiging van vorige week vooral voor de bühne was. Om de spanning uit de lucht te halen, moet de yuan de komende weken verder stijgen.”

De Amerikaanse president Barack Obama prees donderdag de „vooruitgang” die de Chinese regering heeft gemaakt. „We hadden geen appreciatie van 20 procent in een keer verwacht. Dat zou extreem verstorend zijn geweest voor de internationale valutamarkten en de Chinese economie.”