Sluizen van zoet naar zout water open
BRUINISSE (ANP) – Als het aan Rijkswaterstaat ligt, worden sluizen tussen zoet en zout water langer opengezet, zodat meer zoet water bij het zoute kan. Dat heeft een gunstig effect op de natuur, bleek donderdag tijdens de presentatie van een proef die Rijkswaterstaat in de Oosterschelde heeft uitgevoerd.
Doordat meer zoet water in de Oosterschelde kwam, verbeterde de waterkwaliteit en kwamen er meer vissen, oesters en andere schelpdieren. Rijkswaterstaat heeft geen nadelige gevolgen ontdekt en wil ook in andere gebieden sluizen langer openzetten. De proef liep van eind februari tot en met mei.
Door het openzetten van de sluizen ontstaat een situatie die meer lijkt op een natuurlijk deltagebied dat niet is onderbroken door bijvoorbeeld dammen, sluizen en een stormvloedkering. Deze harde grenzen tussen zoet en zout water hebben volgens het Wereld Natuur Fonds (WNF) onder meer gezorgd voor een daling van de palingstand, omdat er minder voedingsstoffen in het water zitten. Onder meer de populatie paling in de Oosterschelde is gegroeid. Er werden beduidend meer jonge palingen, de zogenoemde glasalen, aangetroffen. Rijkswaterstaat trof echter ook meer bot, haring en zeeforel aan.
Het WNF werkte met de proef mee en is enthousiast. Directeur Johan van de Gronden: „Dat meer vogels, vis en schelpdieren komen, is niet alleen goed voor de natuur, maar ook voor de lokale economie.”