Hoofdpijn van afval Probo Koala
AMSTERDAM (ANP) – Bij de verwerking van het afval uit het schip de Probo Koala in de zomer van 2006 in Amsterdam zijn waarschijnlijk stoffen vrijgekomen die zorgden voor stankoverlast en kans gaven op misselijkheid en hoofdpijn in de omgeving van afvalverwerker APS en de haven.
Dat blijkt uit een deskundigenrapport van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), waaruit de rechtbank woensdag citeerde. Het NFI nam destijds monsters van het afval, toen het schip in de haven van Amsterdam lag.
Oliebedrijf Trafigura, APS, de gemeente Amsterdam en andere verdachten staan deze weken terecht voor het volgens justitie zonder toestemming in- en uitvoeren van gevaarlijke afvalstoffen en het overtreden van milieuwetten in Amsterdam in 2006.
Volgens het Openbaar Ministerie (OM) wilde de door oliebedrijf Trafigura gehuurde Probo Koala gevaarlijk scheepsafval afleveren in de Amsterdamse haven. Afvalverwerker APS accepteerde het in eerste instantie, maar pompte het later - na een conflict over de prijs - terug. Het schip vertrok toen weer.
De Probo Koala leverde het afval vervolgens aan een lokaal afvalbedrijf in Ivoorkust, dat zou zorgdragen voor de verwerking van het afval. Het bedrijf zou het spul echter hebben gedumpt in de stad Abidjan, waardoor volgens de autoriteiten van Ivoorkust zestien personen zijn gestorven en tienduizenden mensen ziek zijn geworden. Trafigura ontkent te hebben geweten van de dumping.
De monsters die het NFI nam bleken onder meer een waterige vloeistof met een zeer hoge zuurgraad te bevatten. Daarin kan het giftige zwavelwaterstof niet bestaan, zo stelt advocaat Aldo Verbruggen namens Trafigura. De afvalstoffen kunnen volgens het bedrijf dan ook geen gevaar voor de volksgezondheid hebben opgeleverd. Dat bevestigt volgens Trafigura de conclusies van deskundigen die het bedrijf zelf had ingeschakeld.
Maandag formuleert het OM zijn strafeis in alle zaken. Op 23 juli volgt de uitspraak.