Tijdperk-Balkenende ten einde
DEN HAAG – Het verlies van het CDA heeft niet alleen met Balkenende te maken, maar ook met de positie van de partij in het politieke krachtenveld.
De kiezer was Balkenende- moe. Dat bleek de afgelopen weken al. Bij peilingen over de vraag wie de toekomstige premier moet worden, scoorde de zittende premier laag. Hoewel Balkenende er part noch deel aan had, zijn er toch drie kabinetten waaraan hij leiding gaf voortijdig gesneuveld. Hij werd gezien als brekebeen en iemand die geen leiding kon geven. De linkse media hebben dat beeld uitvergroot.
Het terugtreden van de partijstrateeg en staatssecretaris De Vries vanwege een buitenechtelijke relatie heeft de negatieve spiraal versterkt, evenals het soms onhandige optreden van de premier in debatten.
Toch is het verlies van het CDA meer dan een incident. De positie van de partij in het politieke krachtenveld is sinds 1994 fundamenteel gewijzigd. Toen verloor het CDA ook 20 zetels en in 1998 nog eens 5. Toen had de partij er nog 29.
Dat het CDA in 2002, 2003 en 2006 de verkiezingen won, had te maken met de bijzondere politieke omstandigheden van dat moment. In 2002 was Pim Fortuyn vermoord en hadden burgers genoeg van het paarse kabinet-Kok.
Het ging velen toen te ver om LPF te stemmen en daarom was het CDA een goede tweede keus. De partij werd de grootste met 43 zetels. Een jaar later profiteerde de partij van de antipathie van de kiezer over de LPF-perikelen en behaalde zelfs nog een zetel winst.
In 2006 lag de VVD niet goed na de onfortuinlijke verkiezingsstrijd tussen Rutte en Verdonk. Rutte kreeg een nipte meerderheid van de partijleden achter zich. Vluchtheuvel CDA verloor 3 zetels, maar bleef de grootste.
Die bijzondere positie had het CDA tijdens deze verkiezingen niet. De partij zakte zelfs door de natuurlijk geschatte vaste achterban heen van 25 à 30 zetels. Het Balkenende-effect is uitgewerkt en ten einde.
Is de rol van het CDA daarmee uitgespeeld? Dat hoeft niet. In deze tijd waarin veel kiezers zich niet gebonden weten aan de beginselen van een politieke partij, kan elke partij met een aansprekende leider op enig moment weer boven komen drijven.