Bidden voor alle politici
De verkiezingskaravaan van de verschillende politieke partijen nadert de laatste halteplaats. Nog een enkele tussenstop en dan is de tocht ten einde. De ene politicus, zoals Rutte, lijkt af te stevenen op een succes; een ander, zoals CDA-leider Balkenende, heeft last van zware, vaartvertragende tegenwind.
Al wekenlang melden media wie koplopers en wie verliezers zijn. De VVD begint al voorzichtig te juichen. Daar staat tegenover dat met name het CDA forse klappen lijkt te moeten incasseren. Voor zijn leider, Balkenende, staat dat overigens nog niet vast. Hij zegt dat hij als echte Zeeuw gewend is aan stevige tegenwind.
Nog een paar dagen en dan zijn de verkiezingen. In de eindfase van de verkiezingstournees die de partijen maken, is er een halteplaats die veel lijstaanvoerders links laten liggen: de kerk, een plaats waar morgen duizenden hopen samen te komen. Immers, zo redeneren zij, kerk en staat dienen gescheiden te zijn. Wat heb je als politicus dan in de kerk te zoeken?
Al vaker is betoogd dat de scheiding van kerk en staat historisch gezien bedoeld was om de invloed van de staat op de kerk te beperken. Vandaag de dag wordt deze scheiding omgekeerd gebruikt. De kerk en het geloof moeten zich niet met de politiek bemoeien. Iemand die zich tijdens een politiek debat op de Bijbel beroept, krijgt al snel het verwijt zich buiten de orde te plaatsen.
Er is in ons land een wijdverbreid misverstand dat je het geloof achter de voordeur moet houden en dat het geen invloed mag hebben op het dagelijks handelen. Terwijl, als het goed is, een levensovertuiging niet verborgen kan blijven.
De aversie bij veel seculiere politici tegen het geloof, in het bijzonder tegen het orthodoxe, neemt niet weg dat morgen de komende verkiezingen een belangrijke plaats mogen hebben in het gemeenschappelijk gebed dat in kerken wordt opgezonden.
Natuurlijk zal er gesmeekt worden om een gunstige uitslag, waarbij dan met name gedacht zal worden aan de zetels van de christelijke partijen. Immers, zij willen rekening houden met Bijbelse normen. Daarbij moet helaas wel worden vastgesteld dat het CDA zich wel door de geboden van de Bijbel wil laten inspireren maar zich er veel minder door laat leiden. Christendemocraten gaan meer uit van de woorden: „Zo kan het” en minder van de regel: „Zo moet het.”
Toch mag het gebed voor de komende verkiezingen zich niet beperken tot een bede of de christelijke partijen mogen winnen. Het moet meer zijn. Ook voor de andere kandidaat-Kamerleden zal gevraagd moeten worden om wijsheid, kracht en vooral om hun wederkeer tot Gods geboden.
Veruit de meerderheid van de politici is gevangen in het seculiere denken. Het gaat erom dat zij bevrijd worden uit de kluisters van dat onchristelijke denkkader. Hoe goed de argumenten van de leiders van protestants-christelijke partijen ook zijn en hoe bedreven die ook zijn in het debatteren, zij kunnen met hun menselijke vaardigheden hun collega’s niet tot andere gezindheid brengen. Dat kan alleen van Hogerhand komen. Een gunstige uitslag is als Hij er Zijn machtig stempel op zet.