Rouvoet: „Afvinklijstje taboe”
DEN HAAG – ChristenUnielijsttrekker Rouvoet kwam donderdag terug op uitspraken over het al dan niet toestaan van homoseksuelen met een vriend op de kandidatenlijst van zijn partij.
Waarom nuanceert u uw opmerkingen?
Rouvoet: „Omdat mij uit de reacties die de uitzending opleverde, bleek dat de indruk is ontstaan alsof ik een nieuwe algemene beleidslijn wilde neerleggen, terwijl de partij hierover een uitvoerige en zorgvuldige discussie heeft gevoerd. Ik had beter kunnen volstaan met daarnaar verwijzen.”
Uw opmerking sloot toch prima aan op de uitkomst van de partijdiscussie in juni 2008 toen uiteindelijk via een U-bocht is uitgesproken dat het huwelijk tussen man en vrouw de plaats is voor seksuele omgang?
„In het partijprogramma staat dat het huwelijk een verbintenis is tussen man en vrouw. Dus het raakt aan de geloofwaardigheid van een kandidaat wanneer deze in het eigen leven iets anders uitdraagt. We hebben echter afgesproken dat het oordeel of iemand geloofwaardig de partij kan vertegenwoordigen, bij de selectiecommissie ligt en dat we niet met lijstjes willen werken die inzoomen op één aspect van iemands levensstijl of overtuigingen. Ook over andere kandidaten zou ik geen vragen willen beantwoorden in de trant van ”wat, als hij…””
Contrario zegt dat er op ChristenUnielijsten wel ruimte is voor kandidaten met een homoseksuele relatie. Wat is uw reactie daarop?
„Ik wil graag benadrukken dat we als partij zorgvuldig willen handelen, omdat het over zeer persoonlijke en gevoelige zaken gaat. De afspraak is dat niemand op voorhand wordt uitgesloten op basis van een lijstje van criteria. Voorop staat dat ChristenUniepolitici zich in heel hun doen en laten willen laten leiden door de Bijbel en daarop aanspreekbaar zijn. Daar voert de selectiecommissie een openhartig gesprek over; dat doen we niet af met een afvinklijst vooraf.”