Dat blijkt uit dinsdag gepubliceerde cijfers van de Nevi-index, een maandelijks onderzoek onder vierhonderd inkoopmanagers. In mei kwam de index uit op 56,5, tegen 56,9 in april. In maart bereikte de index met 57,8 nog het hoogste niveau sinds de recessie vorig jaar.

Toch wijzen de jongste cijfers „opnieuw op een verbetering van de bedrijfsomstandigheden”, aldus de Nederlandse Vereniging voor Inkoopmanagement. Een score van boven vijftig duidt op een groei van de industrie, daaronder op een daling van de industriële activiteit.

De komende maanden moet op lagere groeicijfers worden gerekend, aldus hoogleraar Arjan van Weele van de TU Eindhoven. De toenemende vraag leidt volgens hem tot lange levertijden en daarmee tot speculatief inkopen. „Hogere inkoopprijzen leiden tot hogere verkoopprijzen en die zullen de huidige groei gaan afremmen.”

Van Weele wijst verder op de gunstige ontwikkeling van de werkgelegenheid. Industriële bedrijven breidden voor de tweede keer in de afgelopen drie maanden hun personeelsbestanden licht uit.