Binnenland

Contrasten in nieuw Glasmuseum Leerdam

LEERDAM – Koningin Beatrix verzorgt 22 juni de officiële opening. Gisteren mocht de pers een kijkje nemen in het Nationaal Glasmuseum in Leerdam. Museumdirecteur Arnoud Odding is enthousiast.

André Bijl
28 May 2010 21:13Gewijzigd op 14 November 2020 10:44

Het eerste dat opvalt aan het museum zijn vier immense loopbruggen die twee monumentale villa’s verbinden. Opmerkelijk contrast: de statige monumentale panden en de hypermoderne bruggen van bijna 20 meter lang. De buitenkant is van glas, bekleed met strekmetaal.

De één verfoeit de combinatie, de ander is er enthousiast over. Hoe dan ook: de bruggen bepalen niet alleen het gezicht van het museum aan buiten- en binnenkant, maar zijn tegelijk de dragers van de nieuwe museale aanpak. In de loopbruggen die de verdiepingen verbinden en die zorgen voor een logische ‘routing’, wordt in verlichte vi-
trines de vaste collectie van bij-
na 10.000 voorwerpen tentoongesteld. „Ze fungeren als transparant depot”, zegt Odding.

Het museum aan de Lingedijk, even buiten Leerdam, werd ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van de glasfabriek in 1953 gevestigd in het oude dijkhuis van de legendarische fabrieksdirecteur Cochius. Het ‘fabrieksmuseum’ groeide in de loop der jaren uit tot nationaal glasmuseum met de mooiste en grootste collectie Nederlands glas van 1880 tot heden. In 2001 werden de banden met de fabriek verbroken, waarna het museum zich in sneltreinvaart ontwikkelde tot schatkamer, kenniscentrum en laboratorium voor Nederlands glas.

Het Rijk zorgde voor een forse steun door in 2002 een deel van de collectie aan te kopen, zodat de verzameling die uiteen dreigde te vallen, behouden bleef. De fusie met de plaatselijke Glasblazerij maakte dat er sinds 2008 in Leerdam één grote glasorganisatie bestaat. De aankoop van de buurvilla zorgde voor de laatste en grootste impuls. In juni 2009 werd begonnen met de verbouwing; een jaar later is het museum, drie keer zo groot als eerst, klaar voor de toekomst.

De hele operatie, inclusief de aankoop van de tweede villa, heeft 4 miljoen euro gekost. De museumdirectie vindt het een ‘statement’ dat men aan 4 miljoen euro genoeg heeft gehad. „Een statement tegen de trend dat musea steeds luxer en duurder moeten worden.” In plaats van het budget gelijkmatig te verdelen, besloot Odding een paar dingen geheel te vernieuwen, maar op andere plaatsen geen ingrepen te doen. In sommige delen van het museum zijn de oude planken vloeren blijven liggen. Odding: „We raakten door ons geld heen en moesten prioriteiten stellen. Ook wilden we het pand intact laten. Het is heel wat authentieker dan al die gelikte musea die met ongelooflijk veel geld worden opgeknapt.”

Op de vitrines voor het glas is niet bespaard. „Want dat moet tot zijn recht komen.” En dat doet het over een maand in de talloze zalen, bruggen, hoekjes en nissen van het museum. Bezoekers kunnen gebruikmaken van een i-pod. Zo worden de legendes rond de kunstwerken verteld. Daarbij is het mogelijk een eigen invalshoek te kiezen. Bezoekers kunnen onder meer als kunstenaar, verzamelaar, glasblazer of fabrieksdirecteur door het museum dwalen. Afhankelijk van de pet die men op heeft, worden de verhalen anders getoonzet. Odding: „Dit museum is een genot om in te werken en in rond te dwalen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer