Piraterij treft jaarlijks honderden zeelieden
Ten tijde van de vermoedelijke aanval van vijf Somaliërs op het koopvaardijschip Samanyolu in de Golf van Aden, hielden andere piraten dertien schepen in gijzeling, met daarop 242 bemanningsleden. In 2008 werden in die regio totaal 42 schepen gekaapt, waarbij 815 zeelieden werden gegijzeld.
De officieren van justitie die bij de rechtbank in Rotterdam het vijftal Somaliërs vervolgen, gebruikten woensdag deze cijfers om aan te geven hoe groot het probleem van piraterij bij Somalië is.Ten opzichte van 2007 verdubbelde in 2008 het aantal kapingen. In mei 2009 meldde het International Maritime Bureau (IMB) dat het aantal zeeroversaanvallen het aantal van 2008 al had overschreden.
„Een schip wordt meestal aangevallen door één of twee skiffs (kleine snelle boten) en is in het algemeen binnen vijftien minuten overmeesterd", aldus het OM. De bemanning krijgt vervolgens opdracht naar een plek voor de Somalische kust te varen en daar voor anker te gaan. Daar worden de aanvallers afgelost door mensen die de bewaking en onderhandelingen over losgeld op zich nemen.
Per schip wordt gemiddeld tussen de 1,5 miljoen en 3 miljoen dollar aan losgeld betaald. Het OM rekende uit dat in 2008 het totale losgeldbedrag moet zijn uitgekomen op 63 tot 126 miljoen dollar. „Een uiterst lucratieve bezigheid", merkte de officier van justitie op.
Volgens het IMB zijn in 2008 vier zeelieden gedood. Twee raakten gewond en nog veertien worden vermist. Van deze laatsten wordt gevreesd dat zij dood zijn.