Donderdag vroeg het Openbaar Ministerie in Amsterdam de rechtbank S. vrij te spreken van moord dan wel doodslag op Aniseh. Volgens het OM is er „een overvloed aan ’circumstantial evidence’" (sterke aanwijzingen), maar hard bewijs ontbreekt.De strafzaak tegen S. kreeg gestalte nadat een van zijn dochters, Niloofar, in december 2006 aangifte deed.

S., die met zijn vrouw Aniseh en vijf kinderen in 1986 uit Afghanistan naar Nederland vluchtte, vertelde in de loop der jaren verschillende verhalen over het plotselinge verdwijnen van zijn echtgenote. Eén ervan was dat hij haar had vermoord. Abdul S. zou zijn vrouw en kinderen stelselmatig hebben mishandeld.

Bij een eerdere aangifte, in 1998, heeft de politie volgens Niloofar gezegd dat zij niets kon uitrichten. In 2006 is een grootschalig onderzoek gestart. In april 2008 is Abdul S. gearresteerd. Hij heeft verklaard dat zijn vrouw van het ene op het andere moment is verdwenen, toen hij in het centrum van Frankfurt, na de bruiloft in Mannheim, geld ging wisselen. Hij zou uitvoerig naar zijn vrouw hebben gezocht. Eind 2008 kwam S. weer op vrije voeten, omdat de rechtbank toen vond dat de verdenking te zwak was om hem nog langer vast te houden. S. keerde daarop terug naar Afghanistan. Bij zijn proces donderdag liet hij zich vertegenwoordigen door zijn advocaat.

Ook in Duitsland is de zaak grondig onderzocht. Zo werd het DNA onderzocht van 24 dode vrouwen die qua signalement overeenkwamen met Aniseh Nayebkhel. Dit onderzoek had geen resultaat.

Niloofar Satar zei donderdag dat zij het betreurt dat de zaak zo goed als zeker in een vrijspraak zal eindigen en dat het onderzoek naar de verdwijning van haar moeder is gestaakt. S’. advocaat A. Warlam betoogde dat helemaal niet vaststaat dat Aniseh dood is, laat staan dat zij door zijn cliënt om het leven is gebracht.

De rechtbank doet uitspraak op 3 juni.