TEST Klassieke muziek geliefd bij ultraorthodoxe meisjes
Ultraorthodoxe Joodse meisjes krijgen de kans muziek te studeren aan het conservatorium Ron Shulamit in de Jeruzalemse Har Nofwijk. De opleiding blijkt erg geliefd.
Met het beoefenen van klassieke muziek gaat er een wereld voor de religieuze meisjes open. Bovendien kunnen ze hiermee een vak leren dat is toegestaan in strengreligieuze kringen. Conservatoriumdirecteur Arieh Chasid is een van de weinige mannen die in het gebouw rondlopen. Niet alleen de studenten, ook de leerkrachten behoren uitsluitend tot het vrouwelijk geslacht.
Chasid immigreerde in de jaren 70 vanuit Rusland naar Israël. Hij signaleerde dat het niveau van de muziek en de kunst onder de ”charedim” (ultraorthodoxe Joden) laag was en was ervan overtuigd dat klassieke muziek een waardevol opvoedkundig middel kon zijn voor de jonge generatie.
Met rabbijnen sprak Chasid over zijn ideeën. Ze gaven hem toestemming om muziekonderwijs op te zetten voor meisjes.
In 1988 startte Chasid de muziekschool in Jeruzalem. Dat was in een periode waarin de gemeente Jeruzalem nieuwe wijken bouwde voor de charedim. Hun aantal nam snel toe, omdat hun gezinnen groot zijn. Inmiddels is een derde deel van de inwoners van de Israëlische hoofdstad orthodox of ultraorthodox.
Voor de ultraorthodoxe mannen geldt vaak dat ze fulltime of parttime aan de Talmoedscholen studeren. Dat maakt het in veel gevallen gewenst dat vrouwen meehelpen de kost te verdienen. Dat kan met bijvoorbeeld muziek.
De jongste leerlingen van het conservatorium zitten net op de basisschool, de oudste zijn dik in de twintig. Sommigen gaan door voor een bachelorgraad met onderwijsbevoegdheid, anderen vinden werk in een professioneel orkest.
De vingers van Vica Anushkina bewegen zich razendsnel over het klavier als ze –uit het hoofd– Schumann speelt. Ze oefent elke avond twee tot drie uur op de muziekschool, omdat ze thuis geen piano heeft. In een ander lokaal bevindt zich dirigente Rina Schaeffer met haar orkest. De orkestleden oefenen elke week twee uur lang. „We treden een paar keer per jaar op. Het publiek bestaat dan alleen uit vrouwen, vanwege de aard van deze bevolkingsgroep.”
Chasid is van mening dat het voor religieuze meisjes gemakkelijker is om muziek te studeren dan voor hun niet-godsdienstige leeftijdgenotes. „Ze zijn goed gemotiveerd en zeer nieuwsgierig. Niet-religieuze meisjes hebben een miljoen andere dingen in het leven. Ze weten niet goed wat ze willen.”
De leerlingen komen soms van ver. Een moeder met zeven kinderen reed twee keer per week met haar zeven kinderen vanuit Kiryat Shmona, aan de grens met Libanon, naar de school in Jeruzalem. De directeur weet niet hoeveel leerlingen er uit Mea Shearim komen, de strengste orthodoxe wijk in de stad, maar het moeten er minstens tien zijn.
Directrice voor speciaal onderwijs Shira Barzilai zegt dat leerlingen met leerproblemen individueel les krijgen en soms in een gewone groep. „Ik werk sinds elf jaar aan dit programma mee. Veel mensen verliezen hun interesse voor hun baan na enkele jaren, maar ik heb nog enorm veel plezier in mijn werk. Elke dag krijg ik er nieuwe energie van als ik zie hoe de kinderen groeien en hoe ze opknappen van muziek. Ik observeer hen gedurende een aantal jaren. De muziek helpt hen op een verbazingwekkende manier.”
De leerkrachten voor het speciaal onderwijs hebben zowel muziek als speciaal onderwijs gestudeerd. Ze kiezen een instrument, rekening houdend met de fysieke handicaps van de leerlingen. Kinderen met problemen in de fijne motoriek bijvoorbeeld spelen gitaar. Ze krijgen de kans onbewust en met plezier hun motoriek te verbeteren. Als ze slecht praten, moedigen leerkrachten hen aan meer te zingen en de mondspieren te gebruiken. Verder vijzelen de leerkrachten met speciale oefeningen de concentratie van de kinderen op. „Als ze emotionele problemen hebben, moedigen we hen aan muziek te schrijven over hun gevoelens. Of we laten hen luisteren naar muziek en praten vervolgens over de gevoelens die dat bij hen opwekt.”
Op Barzilais afdeling zitten 54 kinderen. Ze zou meer gehandicapte leerlingen kunnen onderbrengen, als er voldoende geld was. „De gezinnen kampen al met veel extra kosten, voor therapieën of speciale voeding. In 52 gevallen verstrekken we een studiebeurs. Als we meer geld hadden, konden we meer leerkrachten in huren dan de huidige acht.”
In de dansstudio in een noodgebouw naast de school wacht Mina Nachmani haar leerlingen op. Ze vertelt dat ze in totaal aan honderd leerlingen, in de leeftijd van 5 tot 24 jaar, lesgeeft .
Het idee dat de religieuze Joden een afkeer hebben van kunst berust volgens haar op een vooroordeel. „De wereld weet niet veel van de religieuzen”, zegt ze. „Er is een beeld ontstaan dat helemaal niet overeenkomt met de werkelijkheid.”
Veel van haar leerlingen komen uit immigrantengezinnen uit landen als Australië, Frankrijk, Zwitserland en Engeland. Onder de ouders zijn advocaten, artsen, rabbijnen en zakenlieden.
Als de meisjes een voorstelling geven, mag alleen vrouwelijk publiek toekijken. De toeschouwers zijn dikwijls verbaasd. „Ze kunnen niet geloven dat religieuze meisjes in zo’n korte tijd zo’n niveau kunnen bereiken”, zegt Nachmani. Dat is volgens haar te danken aan hun hoge motivatie. „Regen of sneeuw, ze komen altijd. Ze houden van de lessen en zijn zeer getalenteerd.”
De dansen hebben een religieuze of filosofische strekking. „Als het niet religieus is, maken we het religieus. We moeten iets hebben uit het leven van de meisjes dat ze kunnen begrijpen. Er moet een boodschap in zitten.”
De jonge danseressen kunnen niet zoals de musici doorleren voor een bachelorgraad. Nachmani zou daar graag verandering in brengen, maar ze is daarbij afhankelijk van de instructies van de rabbijnen. „Met de hulp van de Naam zullen we dit plan voor de opleiding tot een bachelorgraad uitwerken. Ik geloof dat we ook in de religieuze wereld professioneel moeten zijn in alles wat we doen.”
Directeur Chasid (62) zit boordevol plannen. Hij laat tekeningen zien van het nieuwe gebouw dat in de buurt moet komen. Een splinternieuw gebouw op een heuvel, met uitzicht op het Holocaustmuseum Yad Vashem, met klassen, een bibliotheek met computers, ruimtes voor muziektherapie en voor orkesten en een auditorium. „Er ontbreekt nog zo’n 8 miljoen dollar. Ik hoop dat we er –met de hulp van de Naam– uitkomen.”
Lange traditie
Het Shulamitconservatorium werd in 1910 in Jaffa opgericht en verhuisde naar Tel Aviv. Muziekonderwijs was populair onder immigranten uit Europa. Meer dan een derde deel van de kinderen in de stad studeerde aan de opleiding.
In 1938 opende Yariv Ezrachi het conservatorium in Tel Aviv. Beide scholen gingen in 1968 samen verder als het conservatorium Ron Shulamit. Beroemde musici die aan de opleiding studeerden, zijn onder anderen violist Itzhak Perlman en dirigent Daniel Barenboim.
In 1971 volgde een dependance in Jeruzalem, toen de emigratie van Joden uit Rusland op gang kwam. In 1988 ging de school voor charedische meisjes van start. Momenteel studeren meer dan 500 studentes aan het conservatorium.
Het idee van een conservatorium voor meisjes is ook in andere steden opgepakt. Er zijn scholen in Netanya, Netivot en Beth Shemesh en binnenkort ook in Ashdod.