Hij zou zijn vermoord door de Rode Baretten, de elite-eenheid die ook verantwoordelijk wordt gehouden voor de moord op premier Zoran Djindjic.

Het lichaam van Stambolic werd onlangs opgegraven op een berg in het noorden van Servië, zei minister van Binnenlandse Zaken Dusan Mihajlovic vrijdag op een persconferentie. Stambolic’ zoon Veljko voegde daar tegen het persbureau AP aan toe dat het lichaam donderdag is gevonden en dat het in een verlaten groeve lag, bedekt met ongebluste kalk.

Vier leden van de Rode Baretten worden verantwoordelijk gehouden voor de moord op Stambolic. Zij zijn gearresteerd. „Het is treurig dat Djindjic vermoord moest worden voordat deze zaak kon worden opgelost”, zegt Veljko Stambolic.

Stambolic, eind jaren ’80 president van Servië, werd vermist sinds hij in augustus 2000 werd ontvoerd in een park in Belgrado, naar algemeen wordt aangenomen op last van zijn opvolger, Slobodan Milosevic. Die vreesde mogelijk dat Stambolic het bij de verkiezingen van dat jaar tegen hem op zou nemen.

Het was volgens minister Mihajlovic overduidelijk een politieke moord. De Servische politie wil Milosevic, die vastzit in Scheveningen, en zijn vrouw Mirjana (Mira) Markovic ondervragen over de zaak. Markovic is echter hoogstwaarschijnlijk op de vlucht, melden bronnen bij de politie.

De vier ontvoerders zijn allemaal opgepakt. De stoffelijke resten van Stambolic zijn opgegraven in een heuvelachtig gebied nabij Novi Sad in het noorden van Servië. De regering heeft de beruchte Eenheid voor Speciale Operaties (JSO, of de Rode Baretten) dinsdag ontwapend en ontbonden wegens mogelijke betrokkenheid bij de moord op Djindjic. Ex-commandant Lukovic van de JSO geldt als brein achter de aanslag. Hij en vijftien andere JSO-leden zijn gearresteerd.

De misdaadbende Zemun wordt verantwoordelijk gehouden voor de moord op Djindjic op 12 maart. De trekker zou zijn overgehaald door een voormalige lijfwacht van Milosevic, die maandag werd opgepakt en inmiddels plaatsvervangend commandant was van de Rode Baretten. De elite-eenheid had nauwe banden met Zemun.

Zemun is een netwerk van criminelen, ex-paramilitairen en voormalige medewerkers van oud-president Slobodan Milosevic, die met elkaar gemeen hebben dat Djindjic’ hervormingen hun positie in gevaar brachten. Tegen deze steunpilaren van Milosevic’ regime is de Servische politie na de moord op Djindjic een grootschalige actie begonnen. Meer dan 3000 verdachten zijn gearresteerd.

Donderdagavond schoot de politie twee hoofdverdachten dood. Dusan Spasojevic en Mile Lukovic, beiden topfiguren binnen Zemun, openden het vuur op de politie toen die hen kwam arresteren, aldus de politie. De schietpartij vond plaats in Barajevo, een voorstad van Belgrado. De twee hielden zich daar al dagen schuil.

Bendeleider Milorad Lukovic -geen familie van de doodgeschoten Mile Lukovic- is nog voortvluchtig. Hij is een voormalig commandant van de Rode Baretten.