De gemiddelde christen is een Afrikaan
Het gezicht van het wereldwijde christendom is zelden zo sterk veranderd als in de twintigste eeuw. In 1910 was de gemiddelde christen een blanke West-Europeaan; in 2010 is dat een inwoner van Afrika, Azië of Latijns-Amerika.
In honderd jaar tijd nam het aantal christenen toe van ruim 612 miljoen naar bijna 2,3 miljard, zo blijkt uit de onlangs verschenen ”Atlas of Global Christianity” (Edinburgh University Press). Toch nam hun aandeel in de totale wereldbevolking af: van 34,8 naar 33,2 procent. Andere godsdiensten, zoals de islam, groeiden sneller, vooral door een hoog geboortecijfer. Inmiddels noemen ruim 1,5 miljard mensen zich moslim (22,4 procent van de wereldbevolking). In 1910, het jaar waarin de eerste wereldzendingsconferentie in Edinburgh plannen maakte om de niet-christelijke wereld met het Evangelie te bereiken, lag dat aantal net boven de 220 miljoen (12,6 procent van de wereldbevolking).Over het algemeen wortelt de islam sterker dan het christendom, constateert Andrew F. Walls, hoogleraar zendingsgeschiedenis aan Liverpool Hope University. De hele geschiedenis door lijkt het christendom op bepaalde plaatsen te verdwijnen om vervolgens elders weer op te bloeien. „Christenen mogen nooit uitgaan van permanente winst of op een landkaart vlaggetjes zetten op in bezit genomen gebied. Er bestaan geen specifiek christelijke landen, zoals moslims de Arabische wereld claimen. Er is geen christelijk equivalent van Mekka.”
Aan het begin van de twintigste eeuw vormde Europa het centrum van de wereldkerk, nu is dat het zuidelijk halfrond. „Er was een tijd dat Groot-Brittannië meer zendelingen uitzond dan ieder ander land; nu staan de Britse steden vol kerken die niemand meer wil hebben, behalve dan om er een winkel, bar of restaurant in te vestigen.”
Het christendom groeit niet alleen sterk door geboorten, maar ook door bekeringen (24,5 procent). Zo telde het Afrikaanse continent rond het jaar 1900 ongeveer 10 miljoen belijdende christenen. Hun aantal wordt nu geschat op meer dan 300 miljoen. De meeste Afrikanen hoorden het Evangelie echter niet van Europese zendelingen, maar van andere Afrikanen. In China wonen miljoenen christenen méér dan in het midden van de 20e eeuw, toen westerse zendelingen het land moesten verlaten.
Walls ziet de verandering in de culturele samenstelling van het christendom als de belangrijkste ontwikkeling in de religiegeschiedenis van de twintigste eeuw. De hoofdstroom van het christendom is niet langer te vinden in Europa en Noord-Amerika, maar in Afrika, Azië en Latijns-Amerika.
Tijdens de grote wereldzendingsconferentie in Edinburgh in 1910 accepteerden de Europese en Amerikaanse zendingsleiders de aanwezigheid van een handvol Aziatische (maar geen Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse) christelijke leiders, maar ze dicteerden zelf het verloop van de besprekingen. Dat scenario is niet langer mogelijk, aldus Walls. „Wat er ook mag gebeuren op economisch, politiek en militair gebied, de toekomst van de christelijke bediening zal worden bepaald door christenen uit Afrika, Azië en Latijns-Amerika.”
Dit is het eerste deel in een serie over de wereldkerk. Aanleiding is de herdenking van de eerste wereldzendingsconferentie in Edinburgh (1910-2010) en de uitgave van de ”Atlas of Global Christianity” (Edinburgh University Press).