Nederland wil in EU buitenlandminister
Nederland wil dat de Europese Unie in de toekomst een volwaardige minister van Buitenlandse Zaken krijgt. Het heeft samen met Frankrijk een voorstel hiertoe ingediend bij de Europese conventie.
De conventie is de denktank met 105 afgevaardigden van de nationale regeringen en parlementen en van de EU-instellingen die een ontwerp voor een gemeenschappelijke grondwet moet vervaardigen. Daarin zullen bepalingen staan over de bevoegdheden en de werkwijze van het verenigd Europa na de uitbreiding.
De beoogde bewindspersoon krijgt het recht om zelfstandig actie te ondernemen in de sfeer van het buitenlands en veiligheidsbeleid. In sommige situaties mag hij ook opereren op aanverwante terreinen als handel, milieu en justitie, zo bepleiten de twee regeringen.
De te benoemen politicus maakt in hun visie deel uit van de Europese Commissie, maar werkt onder de verantwoordelijkheid van de lidstaten. Het komt erop neer dat hij de taken op zich zal nemen die nu verdeeld zijn over commissaris Patten en buitenlandcoördinator Solana.
Dat Nederland op dit punt samen met Frankrijk een initiatief heeft ontwikkeld, is opmerkelijk. De twee naties zitten wat betreft de meest brandende kwestie van dit moment, de oorlog tegen Irak, niet op dezelfde lijn.
Bovendien botsen zij met elkaar als het gaat om een ander belangrijk onderwerp binnen de conventie, te weten het voorzitterschap van de EU. Parijs is er voorstander van om die functie aan iemand, waarschijnlijk een oud-premier, voor een lange periode toe te wijzen. Het kabinet-Balkenende daarentegen geeft er de voorkeur aan de huidige praktijk te handhaven, waarbij de lidstaten om de beurt gedurende een halfjaar de regie voeren over de gang van zaken binnen de Unie.