De verdachte stond terecht voor de rechtbank in Zutphen, omdat hij de vrouw in de nacht van 31 augustus 2008 om het leven zou hebben gebracht.Dat gebeurde in een woning aan de Wilhelmina Druckerstraat in Apeldoorn.

Over de gebeurtenissen in die nacht heeft A. zich tijdens de 28 keer dat hij door de politie werd verhoord steeds wisselend uitgelaten.

Volgens de openbaar aanklager heeft A. het slachtoffer verkracht en mishandeld, waarna ze overleed. Uit sectie bleek dat de vrouw is gestikt in een kussen.

A. ontkent de moord. Hij houdt vol dat de vrouw plotseling stopte met ademen en dat hij nog heeft geprobeerd haar te reanimeren.

Om de sporen van de gruweldaad uit te wissen zou A. samen met een vriend vervolgens brand hebben gesticht in de Apeldoornse woning. Het lichaam van het slachtoffer werd overgoten met benzine, waarna het huis in vlammen opging.

„Totaal ongeloofwaardig”, oordeelde de officier van justitie over A.’s verhaal. Bewijs dat A. de Apeldoornse met opzet of voorbedachten rade heeft gedood is echter te dun, aldus justitie. De officier houdt het daarom op doodslag, waardoor de strafeis lager uitvalt dan wanneer er sprake was geweest van opzet.