Buitenland

Dodental aardbeving China stijgt naar zeshonderd

Het aantal doden door de aardbeving woensdagochtend in het westen van China is naar bijna zeshonderd gestegen. Dat meldden Chinese staatsmedia.

ANP/AFP
14 April 2010 06:58Gewijzigd op 14 November 2020 10:19
PEKING – Een aardbeving in het westen van China heeft woensdag aan zeker 67 mensen het leven gekost. Veel mensen liggen onder het puin van ingestorte gebouwen. Dat meldde staatspersbureau Xinhua op basis van de Chinese autoriteiten. Foto ANP
PEKING – Een aardbeving in het westen van China heeft woensdag aan zeker 67 mensen het leven gekost. Veel mensen liggen onder het puin van ingestorte gebouwen. Dat meldde staatspersbureau Xinhua op basis van de Chinese autoriteiten. Foto ANP

Ongeveer tienduizend mensen raakten gewond door de natuurramp in de dunbevolkte en bergachtige provincie Qinghai. De beving, die een kracht had van 6,9 op de schaal van Richter, werd gevolgd door een reeks lichtere naschokken.De autoriteiten stuurden ruim vijfduizend hulpverleners, onder wie militairen en medisch personeel. Inmiddels hebben de Verenigde Staten hulp aangeboden bij de reddings– en herstelwerkzaamheden.

Het aantal daklozen en gewonden zou boven de tienduizend liggen. De autoriteiten hebben omgerekend ruim 21 miljoen euro beschikbaar gesteld voor noodhulp aan de slachtoffers in het zuiden van de West–Chinese provincie Qinghai.

De beving had volgens het Amerikaanse geografische instituut USGS een kracht van 6,9 op de schaal van Richter. Aardbevingen komen volgens het instituut veel voor in de regio, maar die van vanmorgen was de zwaarste sinds 1976.

Het epicentrum lag 10 kilometer onder de grond en bevond zich volgens meldingen van de BBC in het district Yushu, ongeveer 500 kilometer ten zuidwesten van de provinciehoofdstad Xining.

Officieel is het dodental opgelopen tot zeker 400. Het aantal gewonden wordt door Chinese media geschat op 8000. Veel mensen liggen nog onder het puin van ingestorte panden in het bergachtige gebied. In de plaats Jiegu, ten westen van Yushu, ligt 85 procent van de gebouwen in puin. Kort na de beving deed zich een aantal naschokken voor.

Militairen en reddingswerkers zijn naar het getroffen gebied gestuurd. De infrastructuur is echter beperkt in deze uithoek van China. Tijdens het bewind van Mao Zedong (1949-1976) werden politieke tegenstanders van het communistische regime naar dit onherbergzame en zeer dunbevolkte gebied, niet ver van de grens met Tibet, verbannen. Veel wegen zijn nu ook beschadigd of geblokkeerd door aardverschuivingen en elektriciteitskabels zijn geknapt.

„De straten zijn vol paniek – mensen lopen met bebloede hoofden rond”, zei een lokale functionaris tegen de staatspers Xinhua. „Ik zie overal gewonden. Het grootste probleem is nu dat we te weinig tenten hebben, en een tekort aan medische zorg.” Overlevenden moeten zich warm zien te houden bij temperaturen van zo’n 6 graden Celsius.

Aardbevingen komen vaker voor in het Aziatische land. In 2008 kostte een aardbeving in de Chinese provincie Sichuan meer dan 68.000 mensen het leven. De beving had een kracht van 8 op de schaal van Richter.

In 1996 vielen in de provincie Yunnan 255 doden en 14.000 gewonden door een beving met een kracht van 7 op de schaal van Richter. In 1976 kwam er zeker 255.000 mensen om in de stad Tangshan (provincie Hebei); in 1970 stierven er 15.000 mensen door een aardbeving in de provincie Yunnan.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer