Voorganger maakt film tegen islamisering
De joods-christelijke voorganger Ben Kok uit Amersfoort is bezig met het maken van een film „om de islam te ontmaskeren.” De film moet voor de Kamerverkiezingen uitkomen en worden uitgezonden door een „grote omroep.”Dat bevestigde Kok vrijdagmorgen.
Aan de film werkten reeds de ex-moslims Ayaan Hirsi Ali en Afshin Ellian mee, alsook SGP-leider Van der Staaij en de radicale sjeik Fawaz Jneid van de As-Soennahmoskee in Den Haag. CU-Kamerlid Voordewind en de anti-islamarabist prof. dr. Hans Jansen zegden hun medewerking toe. Verder doet Kok pogingen om PvdA-leider Cohen, PVV-leider Wilders en CDA-politica Sterk in de film te krijgen alsook Mosab Yousef, zoon van een Hamasleider die van moslim christen werd.Kok zegt voorzichtige gesprekken te zijn begonnen met drie omroepen. Hij suggereerde dat het gaat om KRO, NCRV en EO.
Enerzijds zegt Kok „een zo breed mogelijk en zo eerlijk mogelijk beeld” te willen geven van de islam, „zodat mensen kunnen beslissen of ze bijvoorbeeld op Cohen willen stemmen.” Anderzijds wil de Amersfoortse voorganger „de islam ontmaskeren.”
Volgens hem is deze godsdienst gelijk aan het nationaal-socialisme of het communistische systeem in Noord-Korea. „De islam is een duivels, totalitair systeem, waarin geen discussie mogelijk is.”
Kok staaft zijn beweringen onder meer met uitspraken die sjeik Fawaz in de filmopnames doet. „Alle tegenstrijdige onzin in de Koran verdedigt hij.”
Kok benadrukt dat hij de film wil maken „in liefde tot de moslimmedemens.” Hij wil hen bereiken met het Evangelie en klaagt christelijke voorgangers aan omdat zij daar zo weinig aan doen.
De christelijke partijen, CU, CDA en in mindere mate SGP, verwijt hij dat zij de PVV „de kastanjes uit het vuur” laten halen in het protest tegen de islamisering van Nederland.
Het tegengaan van de islamisering moet volgens Kok gestalte krijgen door het Evangelie van Christus te vertellen aan de „honderdduizenden moslims die nooit meer naar de moskee gaan of die alleen uit sociale druk gaan.” Ook bepleit hij een verbod op alle islamitische scholen, stichtingen, buurt- en clubhuizen, „die Ayaan Hirsi Ali als centra van haatzaaien beschouwt.”